169 - 192 van 3300

Over deze editie

Visie op sociaal wonen

Wonen is een basisrecht, maar bouwen, kopen en huren worden steeds duurder. De ruimte in Vlaanderen is schaars en duurzaam ruimtegebruik staat hoog op de agenda. Met een steeds groeiend aantal gezinnen op de wachtlijst is het aandeel van sociaal wonen ontoereikend. Net daarom moeten sociale woonprojecten een volwaardige en actieve rol opnemen in de samenleving. De rol van architecten is hierbij doorslaggevend. Er zijn lef en creativiteit nodig om de blik op sociaal wonen grondig te vernieuwen. Daarom is het cruciaal dat sociaal wonen geen niche blijft en dat deze maatschappelijke opgave bij alle ontwerpers ingang vindt.

Het is de bedoeling jonge startende architecten vertrouwd te maken met een overheidsopdracht en een specifiek thema onder de aandacht te brengen. De Meesterproef is een gezamenlijk traject waarbij verschillende ontwerpers, en daar waar het zinvol kan zijn ook jonge kunstenaars, werken op enkele concrete bouwopgaven. Het is een uitstekend instrument om kennis en inzicht over sociaal wonen te verwerven, aan het begin van de ontwerpcarrière praktijkervaring op te bouwen, maar ook om vernieuwing en frisse ideeën toe te laten. Het beoogde eindresultaat is steeds de uitvoering van een project.

Doelstellingen Meesterproef 2022

In de nota ‘Meesterproef 2022, Sociaal Wonen’ van het Team Vlaams Bouwmeester, die werd opgemaakt in samenspraak met de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen (VMSW), de Vereniging van Vlaamse Huisvestingsmaatschappijen (VVH), het platform Kunst in Opdracht en kabinet Diependaele, worden een aantal doelstellingen vooropgesteld:

  • Een nieuwe generatie ontwerpers warm maken voor sociale woningbouw;
  • het thema op een positieve manier onder ruimere aandacht brengen;
  • onderwijsinstellingen en lesgevers ervan overtuigen dat sociale woningbouw meer onderdeel moet uitmaken van de lespakketten en ontwerpopdrachten;
  • frisse creatieve ideeën genereren voor de hedendaagse omgang met sociale woningbouw;
  • beginnende ontwerpers kansen geven;
  • maximale kwalitatieve en deskundige omkadering bieden om te ontwerpen;
  • jongeren vertrouwd maken met de specifieke situatie van een overheidsopdracht;
  • publieke opdrachtgevers stimuleren met jong talent in zee te gaan voor hun ontwerpopgaven;
  • garanties inbouwen voor realisatie;
  • de kwaliteit van de publieke en collectieve ruimte in relatie tot wonen bevorderen.

De partners

De partners voor deze editie zijn:

  • Kabinet van de Vlaamse minister van Financiën en Begroting, Wonen en Onroerend Erfgoed, Matthias Diependaele
  • Team Vlaams Bouwmeester
  • VMSW
  • VVH
  • platform Kunst in Opdracht

Zij zullen vertegenwoordigd worden in de stuurgroep, waarin ook een externe deskundige zetelt. 

De stuurgroep zorgt voor de algemene kwaliteitsbewaking en neemt alle cruciale beslissingen; de selectie van de projecten, het aanstellen van de meters en peters, de selectie van de ontwerpers, de deelname aan de jury’s, enz.).

Standaard

De inspiratiedag

©Sien Verstraeten Ontwerpers, peters en meters, opdrachtgevers en team Vlaams Bouwmeester vormen het team dat zal werken aan de Meesterproef 2022 Sociaal wonen

De inspiratiedag Sociaal Wonen

©Sien Verstraeten

Op maandag 19 december organiseerde het Team Vlaams Bouwmeester samen met het Platform Kunst in Opdracht, de VMSW en de VVH een ‘Inspiratiedag’ in Mu.ZEE in Oostende. Hier kwamen de jonge ontwerpers en kunstenaars, de meters en peters, de opdrachtgevers en de stuurgroep samen en kregen ze de kans om zich aan de hand van een aantal lezingen in de voormiddag en enkele projectbezoeken in de namiddag te verdiepen in specifieke thema’s. Doel was tijdens dit kennismakingsmoment de deelnemers een actueel, inspirerend en vernieuwend beeld te geven van sociaal wonen.

Download de inspiratiegids Sociaal Wonen

Standaard

test page ingrid

kodo

Dit is een titel

Dit is een Subtitel

dit is nog een subtitel lopen ipsum

Diezelfde dag lagen ook giraffes gevoelig op het Chinese internet. Dat kwam door een bericht van de Amerikaanse ambassade in Peking over giraffes; duizenden Chinezen hadden onder dat onschuldige bericht boze commentaren over de economie geplaatst.

Deze atypische reacties op foto’s en berichten over duikers en giraffes zijn een gevolg van de strenge censuur in China, die sinds enkele maanden ook vaak voor economisch nieuws geldt. Kritische beursanalisten worden van social media verwijderd, ongunstige cijfers worden gecensureerd.

Overzicht

Meesterproef 2019 Sociaal Wonen

Meesterproef 2019 zet het thema sociaal wonen centraal en maakt een nieuwe generatie ontwerpers en kunstenaars warm om ambitieuze, kwaliteitsvolle ontwerpen te realiseren.

In het kort

Met de Meesterproef 202019 krijgen recent afgestudeerde architecten en beloftevolle jonge kunstenaars de kans om een sociaal woningbouwproject te realiseren.

Sociaal Wonen als het centrale thema

De Meesterproef van de Vlaamse Bouwmeester bestaat in 2019 twintig jaar. 

Met de Meesterproef wil het Team Vlaams Bouwmeester, de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen en de Vereniging van Vlaamse Huisvestingsmaatschappijen recent afgestudeerde architecten en beloftevolle jonge kunstenaars de kans bieden om een publieke opdracht te realiseren. De jonge deelnemers worden hierbij intensief begeleid door een aantal ervaren meters en peters. De vorige editie van de Meesterproef in 2017 stond in het teken van erfgoed en herbestemming. Met de Meesterproef 2019 willen we het thema ‘sociaal wonen’ centraal stellen.

Projecten Meesterproef 2019

Meesterproef MP1903 In uitvoering

Bekijk project

Meesterproef MP1904 In uitvoering

Bekijk project

Meesterproef MP1905 In uitvoering

Bekijk project

Meesterproef MP1906 In uitvoering

Bekijk project

Meesterproef MP1907 In uitvoering

Bekijk project

Meesterproef MP1908 In uitvoering

Bekijk project

Meesterproef MP1909 In uitvoering

Bekijk project

Meesterproef MP1910 In uitvoering

Bekijk project

Nieuws

Vitrinepresentatie Meesterproef 2019 Sociaal Wonen

wo 25 januari – wo 15 maart 2023

Vitrine

Bekijk evenement

Erkenningen en prijzen

Lees meer

Contact

Annelies Augustyns

Annelies Augustyns

Projectverantwoordelijke

0498 57 23 09

Jouri De Pelecijn

Jouri De Pelecijn

Projectverantwoordelijke

0492 23 57 93

Sociale woningbouw
Meesterproef

Partners

Voor de Meesterproef 2019 Sociaal Wonen sloegen het Team Vlaams Bouwmeester, de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen, de Vereniging van Vlaamse Huisvestingsmaatschappijen en Het Platform Kunst in Opdracht de handen in elkaar. Alle partners worden vertegenwoordigd in de stuurgroep, een begeleidend en overkoepelend orgaan voor de Meesterproef, aangevuld met een externe deskundige. De Meesterproef 2019 Sociaal Wonen wordt tevens ondersteund door minister Liesbeth Homans, bevoegd voor Wonen.

Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen

100 jaar sociaal wonen

In 2019 bestaat sociaal wonen 100 jaar, de Meesterproef van de Vlaamse Bouwmeester bestaat twintig jaar. De samenwerking tijdens dit jubileumjaar biedt de mogelijkheid aan jonge ontwerpers om via de Meesterproef mee te bouwen aan het sociaal wonen van morgen. Het is tevens in dat kader dat de Vereniging van Vlaamse Huisvestingsmaatschappijen zich engageert om een aantal duurzame ontwikkelingsdoelstellingen of SDG’s (Sustainable Development Goals) in de verf te zetten. De uitvoering van de SDG’s past binnen de Visie 2050, de toekomstvisie van de Vlaamse Regering.

Vereniging van Vlaamse Huisvestingsmaatschappijen

ASTER, een programma voor de ontwikkeling van duurzame initiatieven in sociale woningen

De samenwerking binnen de Meesterproef biedt niet enkel een antwoord op concrete problematieken, het is ook een manier om de doelstelling van de Vereniging van Vlaamse Huisvestingsmaatschappijen, geformuleerd in ASTER (‘een programma voor de ontwikkeling van duurzame initiatieven in sociale woningen’), uit te voeren. Door het investeren in energie-efficiënte maatregelen en door sociale huurders toegang te verschaffen tot hernieuwbare energiebronnen wil de VVH een belangrijke partner zijn van de Vlaamse Regering om de strijd tegen klimaatverandering aan te pakken.

Artikel Meesterproef in Fundamenten (volledige editie)

Het Platform Kunst in Opdracht

Het Platform Kunst in Opdracht van het departement Cultuur, Jeugd en Media zet in op het versterken van de praktijk van Kunst in Opdracht. Door het decreet Kunst in Opdracht brengen opdrachtgevers vanuit alle beleidsdomeinen boeiende opdrachtcontexten aan die aanleiding kunnen zijn voor kunst. Maar niet iedereen heeft de ervaring en expertise in huis om kunst in een maatschappelijk traject en/of ontwerpproces op een zinvolle manier in interactie te brengen met betrokken actoren en diverse opdrachtsituaties. Met de nieuwe editie van de Meesterproef wordt een kans gecreëerd om in relatie tot sociaal wonen ontwerpers samen met kunstenaars op pad te sturen en te ontdekken wat de meerwaarde van kunst kan zijn in relatie tot de omgeving waar mensen wonen en samenleven. Door de samenwerking van Team Vlaams bouwmeester, de partners uit de sector van Sociaal Wonen en het Platform Kunst in Opdracht ontstaat hierdoor voor zowel opdrachtgevers en deskundigen als de jonge ontwerpers en kunstenaars een kwaliteitsvolle praktijkervaring die verder gedeeld kan worden.

Team Vlaamse Bouwmeester

Meerjarenprogramma 2017-2020: Ruimte maken voor mens en natuur

De samenwerking schrijft zich ook in in het meerjarenprogramma 2017-2020 van de Vlaamse Bouwmeester: ‘De Meesterproef daagt publieke opdrachtgevers uit om jonge ontwerpers en kunstenaars een kans te geven een eerste overheidsopdracht uit te voeren. Onder begeleiding van een door de Vlaamse Bouwmeester aangestelde meter of peter kunnen de meest innovatieve en frisse oplossingen ook werkelijk uitgevoerd worden.’

Standaard

Timing

Elke meesterproef heeft een proces op maat en eindigt met het aanstellen van jonge ontwerpers voor publieke opdrachten.

Februari 2019

Samenstelling van de stuurgroep

De stuurgroep is een begeleidend en overkoepelend orgaan voor de verschillende projecten in de Meesterproef. Hierin zijn de partners, het Team Vlaams Bouwmeester, Het Platform Kunst in Opdracht, de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen en de Vereniging van Vlaamse Huisvestingsmaatschappijen vertegenwoordigd, aangevuld met een externe deskundige. De stuurgroep zorgt voor de algemene kwaliteitsbewaking en neemt alle cruciale beslissingen (selectie van projecten, aanstellen van meters en peters, selectie van ontwerpers, deelname aan de jury enzovoort).

Mei 2019

Selectie projecten

In mei worden de geselecteerde projecten bekendgemaakt aan de opdrachtgevers.

Mei 2019

Oproep meters en peters

Juni 2019

Selectie meters en peters

Het Team Vlaams Bouwmeester, de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen en de Vereniging van Vlaamse Huisvestingsmaatschappijen stellen voor elk project een meter of een peter aan. Deze hebben ervaring met sociale huisvesting en het begeleiden van jonge ontwerpers. Hun opdracht bestaat er tevens in, de opdrachtgever te adviseren bij de opmaak van het projectdossier (voortraject) en de jonge ontwerpers te begeleiden. Het is de bedoeling dat ze ook na de gunning van de opdracht als klankbord fungeren voor de ontwerper, steeds met respect voor de autonomie van de deelnemende ontwerpers.

Juni tot en met oktober 2019

Opmaak projectdossiers

De publieke opdrachtgevers worden begeleid bij de opmaak van hun projectdossier.

September 2019

Oproep ontwerpers

Via diverse kanalen worden jonge ontwerpers aangetrokken voor de Meesterproef. Architecten, afgestudeerd in 2017, 2018 of 2019, kunnen zich kandidaat stellen aan de hand van een motivatietekst en cv voor een van de geselecteerde projecten. Uit deze kandidaten selecteert de stuurgroep een beperkt aantal deelnemers (drie ontwerpers per project). Architectuurinstituten en universiteiten worden gevraagd om hun beloftevolle en getalenteerde net afgestudeerde ontwerpers aan te moedigen deel te nemen.

Oktober 2019

Selectie ontwerpers

In oktober worden de geselecteerde ontwerpers bekendgemaakt aan de opdrachtgevers.

November 2019

Inspiratiedag

De deelnemers ontvangen het volledige projectdossier van de opdracht waarvoor ze werden geselecteerd. De inspiratiedag(en) biedt de ontwerpers, meters en peters de kans om zich aan de hand van korte lezingen en workshops te verdiepen in het thema sociaal wonen. Bedoeling is de deelnemers een actueel, inspirerend en vernieuwend beeld te geven van sociaal wonen:

  • Welke principes of theorieën zijn vandaag toonaangevend?
  • Welke problemen komen geregeld voor? Wat zijn mogelijke oplossingen?
  • Wat zijn op dit moment vernieuwende projecten?

Vanaf 2020

Offertefase

In tegenstelling tot voorgaande edities kiezen we er nu voor om elk project zijn eigen timing te laten volgen in functie van zijn voortgang en realisatie. De jury’s en presentaties vinden dus plaats op verschillende tijdstippen in mei en juni 2020.

We willen inzetten op maximale realisaties binnen de Meesterproef. Dit start met realistische offertes. Wij zijn overtuigd van het belang van deskundige begeleiding van jonge ontwerpers. Het ontwerpen van een gebouw is immers niet enkel de taak van architecten maar is een gezamenlijke inspanning geleverd door de verschillende partners van een ontwerpteam. Bouwen is een multidisciplinair gegeven waarbij architecten nauw samenwerken met ingenieurs stabiliteit, speciale technieken, bouwfysica, akoestiek, ecologie, waterhuishouding… We bieden aan de jonge ontwerpers begeleiden tijdens het ontwerpproces via 3 workshops in het atelier bouwmeester in Brussel.

  • Workshop 1: februari 2020
  • Workshop 2: maart 2020
  • Workshop 3: april 2020

Volgende personen werden aangesteld door het team Vlaams Bouwmeester om deze workshops te begeleiden:

  • Dirk Jaspaert, ingenieur en zaakvoerder van B.A.S. bvba, studiebureau voor architectuur en stabiliteit,
  • Rik Cornelissen, ingenieur en zaakvoerder van RCR, studiebureau voor speciale technieken,
  • Els Struyf van de VMSW, dienst ondersteuning projecten zal eveneens de 3 workshops mee ondersteunen.

Kwaliteitsbewaking

Na gunning ondersteunen de meters en peters de ontwerpers tot een kwalitatief voorontwerp. Er wordt een permanente coördinatie voorzien vanuit het Team Vlaams Bouwmeester en vanuit de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen en de Vereniging van Vlaamse Huisvestingsmaatschappijen, elk vanuit zijn specifieke deskundigheid. De samenwerking voorziet een evenwaardige rol voor de partijen. Het is dan ook de bedoeling om het geheel samen vorm te geven: de organisatie en programmatie van de inspiratiedag(en), de selectie van de projecten, de selectie van de meters en peters, de selectie van de ontwerpers, de briefings, de jury en presentatie, … De sociale huisvestingsmaatschappijen spelen een belangrijke rol en zullen nauw betrokken worden bij de Meesterproef: bij de voorbereiding van de projectdefinities, de begeleiding tijdens de inspiratiedagen en de beoordeling van de schetsontwerpen. Idealiter verloopt dit onder de vorm van een continue wisselwerking. Communicatie vormt een belangrijk onderdeel van het traject.

Standaard

‘Herscheppen. Ontwerpend onderzoek voor het Projectbureau Herbestemming Kerken 2016-2021’

Download de publicatie (61MB)

Sinds enkele decennia neemt het gebruik van de kerken voor de eredienst af, waardoor er vraag is naar nieuwe bestemmingen voor deze gebouwen. Van 2016 tot 2021 konden Vlaamse lokale besturen die een van hun kerkgebouwen een nieuwe invulling wilden geven, een beroep doen op het Projectbureau Herbestemming Kerken. Met een rijk geïllustreerde en fraai uitgegeven publicatie blikken we terug op de werking van het Projectbureau, en op het ontwerpend onderzoek dat in dit kader het licht zag.

Kerken zijn in de Vlaamse dorpen en steden belangrijke gebouwen. De parochiekerk markeert niet alleen het centrum van een geloofsgemeenschap, ze fungeert ook als een ruimtelijk ankerpunt voor de buurt, wijk of gemeente. Een parochiekerk is altijd meer dan haar naakte bestemming, meer dan enkel een ruimte voor de samenkomst van gelovigen. Het gebouw geeft uitdrukking aan een cultuur en geschiedenis die tot op de dag van vandaag onze menselijke conditie bepalen, en waarin de verhouding van de mens tot ‘het hogere’ een centraal thema vormt. De meeste kerken zijn dan ook veel hoger, groter, donkerder of lichter dan hun functie strikt genomen vereist.   

Sinds enkele decennia neemt het gebruik van de kerken voor de eredienst af, waardoor er vraag is naar nieuwe bestemmingen voor deze gebouwen. Door hun bijzondere ruimtelijke eigenschappen en hun historisch en symbolisch belang zijn ze ook interessant wanneer hun gebruik wijzigt. Ze vormen dan ook een uitgelezen voorwerp van ontwerpend onderzoek. Omdat de vraag naar een betekenisvolle invulling van de te herbestemmen kerkgebouwen zich opdrong, werd in 2016 het Projectbureau Herbestemming Kerken opgericht.  

Bij een ontwerpmatige analyse van bestaande gebouwen kan blijken dat bepaalde invullingen gewoon niet realistisch zijn, maar kunnen ook mogelijkheden aan het licht komen die men nog niet op het verlanglijstje had staan. Vanuit ruimtelijke afwegingen kunnen nieuwe en originele invullingen worden bedacht. Als men een ontwerper mee aan tafel heeft op het moment dat de opgave wordt geformuleerd, kan dat de kansen op een succesrijke afwikkeling vergroten.

 Erik Wieërs

Tot de opheffing ervan begin 2022 realiseerden zes multidisciplinair samengestelde onderzoeksteams binnen dit kader, onder begeleiding van coördinator Niek De Roo, maar liefst 141 haalbaarheidsonderzoeken voor parochiekerken, verspreid over heel Vlaanderen. Telkens zette een team van architecten, restauratiespecialisten en stedenbouwkundigen, in dialoog met de opdrachtgevers, al zijn expertise en creativiteit in om nieuwe kansen te scheppen voor dit religieuze erfgoed. Voor elk van de bestudeerde kerkgebouwen werden met het oog op nieuwe functies diverse ruimtelijke scenario’s ontwikkeld en verbeeld.  

In dit boek delen architecten Sara Vermeulen en Els Vervloesem en Vlaams Bouwmeester Erik Wieërs reflecties en getuigenissen over de werking en historiek van het Projectbureau. Charlotte Ardui en Sven Sterken, beiden verbonden aan de Faculteit Architectuur van de KU Leuven, stelden een ruime en rijk geïllustreerde ‘bloemlezing’ samen uit het unieke archief van het Projectbureau Herbestemming Kerken. Ze groepeerden een selectie van voorstellen in tien lemma’s, die telkens een werkwoord als titel hebben: openen, opdelen, afzonderen, toevoegen, wegnemen, integreren, faciliteren, ontsluiten, activeren, verbinden. Ze staan elk voor een bepaald type interventie die bijdraagt tot een verbreed gebruik van het kerkgebouw. In een beeldessay ten slotte neemt fotografe Karin Borghouts ons mee op een reis langs enkele van de bestudeerde kerkgebouwen, met bijzondere aandacht voor de wijze waarop deze zich verhouden tot hun omgeving. 

Inmiddels heeft het Projectbureau een opvolger gevonden in het Platform Toekomst Parochiekerken, dat tegenwoordig het eerste aanspreekpunt vormt voor lokale besturen. Het Team Vlaams Bouwmeester hoopt met deze bundeling van inzichten en ontwerpmateriaal bij te dragen aan het nog steeds brandend actuele debat rond de herbestemming van kerken, en aan het succes van de vele herbestemmingstrajecten die in de toekomst zullen volgen. 

De inzet van verbeeldingskracht kan helpen om de meerwaarde van samenwerking te tonen en zo te komen tot een breed en gedragen maatschappelijk opdrachtgeverschap.

Els Vervloesem

Herscheppen. Ontwerpend onderzoek voor het Projectbureau Herbestemming Kerken 2016-2021 is een uitgave van het Team Vlaams Bouwmeester.  

Met bijdragen van Charlotte Ardui, Sven Sterken, Sara Vermeulen, Els Vervloesem en Erik Wieërs en een beeldessay van Karin Borghouts 

Grafisch ontwerp: Atelier Sven Beirnaert  

NL, 288 blzn, soft cover met stofwikkel  

ISBN 9789040304620 

De publicatie is niet meer beschikbaar in fysieke versie

Download de publicatie (61MB)

Publicatie 704710 /nl/publicaties/%E2%80%98herscheppen-ontwerpend-onderzoek-voor-het-projectbureau-herbestemming-kerken-2016-2021%E2%80%99

10 jaar LABO RUIMTE. Ontwerpen aan de toekomst

LABO RUIMTE, het laboratorium voor ontwerpend onderzoek rond complexe ruimtelijke vraagstukken, een samenwerking tussen het Departement Omgeving en het Team Vlaams Bouwmeester, bestaat tien jaar. Een ideaal moment om terug en vooruit te blikken. De inzichten uit een reeks toekomstlabo’s en vele formele en informele gesprekken hebben geleid tot een nieuwe publicatie, die de ambities voor de komende tien jaar bundelt.  

LABO RUIMTE wil verder kijken dan morgen, en voorbij de heersende paradigma’s. LABO RUIMTE zet hiervoor ontwerpend onderzoek in, met als doel nieuwe ruimtelijke mogelijkheden en alternatieve oplossingen te verkennen en te verbeelden, die een antwoord bieden op de grote uitdagingen van de toekomst. Hoe kunnen we onze steden en landschappen organiseren opdat ze ruimte en zuurstof (blijven) geven aan menselijke activiteiten? Hoe kunnen we een ruimtelijk antwoord bieden op de klimaatverandering, veranderende woonwensen en werkgewoonten, toenemende zorgnoden en andere maatschappelijke opgaven?

Dit experiment gaat LABO RUIMTE niet alleen aan. Naargelang van de thematiek betrekt LABO RUIMTE geëngageerde administraties, experten, gebiedsactoren of beleidsmakers die bereid zijn om over de grenzen van functies en disciplines heen samen te werken rond een urgent thema. In alle vrijheid, maar nooit vrijblijvend. LABO RUIMTE biedt een vrije denk- en spreekruimte aan waar ontwerp en verbeeldingskracht ingezet worden als middel om mogelijkheden voor de toekomst op een (stads)regionale schaal te testen en bespreekbaar te maken. LABO RUIMTE is ook een leeromgeving waarin gezamenlijk – in het samenspel tussen ontwerpers, wetenschappers en beleidsmakers – nieuwe inzichten worden vergaard om de beleidsagenda te voeden en waar nieuwe coalities kunnen ontstaan.

De afgelopen tien jaar heeft LABO RUIMTE heel wat onderzoeksrapporten en publicaties uitgebracht over diverse thema’s, zoals de ruimtelijke impact van klimaatverandering, toenemende droogte en wateroverlast, de energie- en mobiliteitstransitie, circulariteit, de landbouw-transitie, enzovoort. Tal van ontwerpers, onderzoekers, experten, partners en stakeholders waren hierbij betrokken.

Doorheen de jaren is er dus een gemeenschap gevormd van diverse partijen die samen werk willen maken van de grote ruimtelijke uitdagingen voor de toekomst. Dit najaar gingen we in drie toekomstlabo’s met een tachtigtal partners en betrokkenen in gesprek om samen terug en vooruit te blikken, en kritisch te reflecteren op wat al goed loopt en wat nog anders of beter kan.

De publicatie 10 jaar LABO RUIMTE. Ontwerpen aan de toekomst bundelt de resultaten van die gesprekken in 15 ambities.

Download de publicatie

Gerelateerde items

Actualiteit

Lees meer
Labo Ruimte

een laboratorium voor complexe ruimtelijke vraagstukken

Lees meer
Publicatie 704655 Deze publicatie blikt terug op tien jaar werking, én vooruit naar de toekomst! /nl/publicaties/10-jaar-labo-ruimte-ontwerpen-aan-de-toekomst Labo Ruimte

Traject

Introductie

De projectoproep Leefbuurten is een initiatief van Vlaams minister Bart Somers, het Team Vlaams Bouwmeester, Fietsberaad Vlaanderen en het Agentschap Binnenlands Bestuur. Het leertraject wordt begeleid door een stuurgroep waarin behalve de initiatiefnemers ook vertegenwoordigers van het Departement Mobiliteit en Openbare Werken, het Departement Omgeving, het Agentschap Natuur en Bos, Infopunt Publieke Ruimte, het kabinet van minister Jambon en het kabinet van minister Demir zetelen. De projectoproep en de begeleiding van de geselecteerde projecten verloopt in verschillende stappen. Aan de projectoproep ging een verkennende onderzoeksfase vooraf.

Verkennend onderzoek

In 2019, nog voor er sprake was van de coronapandemie, lanceerden het Team Vlaams Bouwmeester en Fietsberaad Vlaanderen het concept Leefbuurten. Leefbuurten zijn levendige, klimaatrobuuste en autoluwe buurten waar het aangenaam wandelen, fietsen én wonen is. Tijdens een verkennend onderzoek, ondersteund door Artgineering en de Vrije Universiteit Brussel, werden de uitdagingen en kansen geschetst om van een gewone wijk een Leefbuurt te maken. Dit onderzoek vond zijn neerslag in de brochure Buurten vol lef, buurten vol leven. Aan de hand van inspirerende voorbeelden, concrete bouwstenen en heldere strategieën maakte die eerste brochure het concept Leefbuurten inzichtelijk. Met die brochure wilden de Vlaamse Bouwmeester en Fietsberaad Vlaanderen alle initiatiefnemers inspireren die een bijdrage kunnen leveren aan het ontwerp en de realisatie van Leefbuurten.

Projectoproep Leefbuurten

Vanuit de gedeelde overtuiging dat grensverleggende realisaties een sneeuwbaleffect kunnen sorteren, lanceerde het Team Vlaams Bouwmeester in 2021 samen met Fietsberaad Vlaanderen, het Agentschap Binnenlands Bestuur en Vlaams minister van Binnenlands Bestuur Bart Somers de projectoproep Leefbuurten. Die richtte zich tot gemeenten die zich concreet wilden engageren voor een geïntegreerde herinrichting van de publieke ruimte in een van hun buurten. In juni 2021 koos een selectiecommissie uit veertien kandidaturen een gevarieerde mix van zeven projecten die ondersteuning konden gebruiken en die representatief zijn voor andere buurten.

Opmaak van een geïntegreerde projectdefinitie

In juli 2021 werd een intensief begeleidingstraject aangevat dat uiteindelijk moest leiden tot de aanstelling van een ontwerpteam voor iedere Leefbuurt. Gedurende tien maanden werden de opgaven op maat van elke buurt stap voor stap scherpgesteld. Daarbij konden de steden en gemeenten rekenen op de ondersteuning van een projectregisseur vanuit het Team Vlaams Bouwmeester, maar ook op de begeleiding door een groep deskundigen met expertise op vlak van mobiliteit, participatie, landschap en ecologie. Tijdens een projectdag in het Atelier Bouwmeester werd een gezamenlijke aftrap van het traject Leefbuurten gegeven. Voorts ging ieder project van start met een plaatsbezoek om de specifieke context in de vingers te krijgen. Daarna volgden diverse werksessies waarbij samen met de betrokken ambtenaren, bestuursleden en experten werd nagedacht en gedebatteerd over de potenties en knelpunten. Tijdens een inspiratiedag trokken we er samen op uit om te leren van andere pioniers.  

Aanstelling van het ontwerpteam

Gelijktijdig met de opmaak van ieder projectdossier schreef het Team Vlaams Bouwmeester een oproep aan geïnteresseerde ontwerpers uit. Ook jonge ontwerpers met interesse voor de publieke ruimte en verfrissende ideeën werden daarbij aangemoedigd om zich kandidaat te stellen. Via deze marktverkenning werd een lijst samengesteld van dertig ontwerpteams die een of meerdere gemeenten wilden ondersteunen bij de realisatie van hun Leefbuurt. Uit deze lijst koos elke opdrachtgever vervolgens vier teams, die in tekst en beeld hun visie op de transitieopgave voor de Leefbuurt in kwestie mochten toelichten. In totaal werden zo maar liefst twintig verschillende ontwerpteams uitgenodigd om voor één of twee Leefbuurten een offerte in te dienen. De presentaties van de wedstrijdvoorstellen vonden plaats in de periode mei tot oktober 2022. Na de gunningscommissie duidde elke opdrachtgever één laureaat aan waarmee ze in zee zijn gegaan voor de realisatie van hun Leefbuurt.

Van studie tot realisatie

Inmiddels zijn de laureaten voor elk van de Leefbuurten gekend. Met veel enthousiasme hebben zeven verschillende ontwerpteams in het najaar van 2022 de opdracht aangevat. Het spreekt voor zich dat in geen van de projecten voldoende uitvoeringsmiddelen beschikbaar zijn om het openbaar domein van de hele buurt in één keer opnieuw aan te leggen. Daarom zijn alle opdrachten tweeledig. De eerste fase behelst telkens de opmaak van een ‘Leefbuurtplan’: een toekomstvisie, een ruimtelijke ontwikkelingsstrategie of een inrichtingsvisie voor een ruimter gebied. De tweede fase betreft de volledige studieopdracht voor de herinrichting van een of meer strategische locaties. Natuurlijk zal ook voor het Team Vlaams Bouwmeester het project vooral geslaagd zijn als er vanaf 2024 gedragen realisaties volgen. Om de gewenste transitie ook op de korte termijn tastbaar te maken, wordt nu al stevig ingezet op proefopstellingen en quick wins.

In deze periode zetten de projectregisseur en de experten de kwaliteitsbewaking van de Leefbuurt-projecten verder tijdens klankbordmomenten op regelmatige basis. Ook de stuurgroep Leefbuurten komt nog een aantal keer samen om de uitvoering van de studieopdrachten op te volgen in functie van het leertraject.

Standaard

12 lessen

Van juni 2021 tot december 2022 werden de zeven opdrachtgevers op intensieve wijze ondersteund bij de opmaak van een projectdossier en de aanstelling van een ontwerpteam. De projecten zijn inhoudelijk uiteenlopend, maar tijdens het uitschrijven van de ambities in een goede projectdefinitie stuitten we wel telkens op gelijkaardige knelpunten en kansen. Uit het eerste anderhalve jaar projectbegeleiding hebben we lessen getrokken die we vertaald hebben in twaalf aanbevelingen voor de praktijk. Waarop moet je letten in de loop van het proces? Hoe bepaal je de ambities? Hoe begin je aan de participatie? Hiermee willen we zowel het lokale als het bovenlokale niveau inspireren en overtuigen van de potenties die een doordachte herinrichting van het openbaar domein kan opleveren, ook in alledaagse woonbuurten.  

Overzicht

Les 01: Vertrek vanuit de potentie

Lessen Leefbuurten 01. Vertrek vanuit de potentie

Werkzaamheden zijn meer dan een noodzakelijk kwaad. Vertrek vanuit de potentie, niet vanuit het probleem.

Gemiddeld wordt een straat elke twintig tot vijftig jaar heraangelegd. In zeldzame gevallen is de herinrichting het gevolg van een publiek debat, maar traditioneel is er een concrete aanleiding: een versleten wegdek of noodzakelijke aanpassingen aan de riolering. Dat is ook logisch: er wordt pas tijd en geld vrijgemaakt om iets te vernieuwen als het afgeschreven is. Het is zinvol om die momenten van geplande riolerings- of wegeniswerken aan te grijpen om een bredere, structurele visie te ontwikkelen: waar wil je met het openbaar domein naartoe en hoe kunnen de werken bijdragen aan een grotere leefkwaliteit?

Zowel ambtenaren als beleidsmakers hebben de gewoonte vast te houden aan het vertrouwde stramien. In veel gevallen ontbreekt er een ruimere visie die een leidraad kan vormen voor een doordachte omgang met het probleem. Waar de rioolbeheerder een project plant, beperkt het ontwerp van de bovengrond zich omwille van tijdsefficiëntie tot een bescheiden technische vernieuwing. We moeten meer stilstaan bij de kansen die zo’n gelegenheid biedt. Om de transitie naar een duurzamere publieke ruimte te maken is het belangrijk dat we meer doen dan ad hoc naar oplossingen voor de bestaande problemen zoeken.

Het loont om de geplande onderhoudswerkzaamheden tegen het licht van een brede, ruimtelijke toekomstvisie te houden. Kunnen we ons beter voorbereiden op tijden van droogte door minder regenwater via de riolering af te voeren en verloren te laten gaan? Is die brede rijweg nog wel aangewezen wanneer we een veiligere verkeerssituatie nastreven? Kan een ander wegprofiel ook nieuwe kansen en kwaliteiten opleveren voor bewoners?

Door in een project niet alleen naar oplossingen voor problemen te zoeken, maar te vertrekken van de potenties, is het ook makkelijker om er een wervend toekomstproject van te maken. Zet ontwerpend onderzoek in om die potenties in hun volle reikwijdte te verkennen. Maak ruimte voor een meer doordachte, structurele strategie die uiteindelijk resulteert in projecten die meer zijn dan de som van de delen.

Standaard

Les 02: Formuleer doelstellingen

Lessen Leefbuurten 02. formuleer doelstellingen

Een duidelijk ambitiekader vormt de basis voor de Leefbuurt

Als je te veel in de probleemoplossende logica blijft steken, krijg je automatisch ook de neiging om onmiddellijk maatregelen te formuleren die de knelpunten opruimen. Discussies over instrumenten komen meestal te vroeg. In de eerste plaats moet de Gemeente de ambities voor de buurt en de doelstellingen van het project bepalen. Reken vervolgens op de verbeeldingskracht van een goed ontwerpteam om met goede, soms ook onverwachte oplossingen te komen die meer doen dan enkel het technische probleem wegwerken. Vanuit een meerlagige, meervoudige en meerschalige benadering komen Gemeente en ontwerpteam tot slimme koppelkansen. Haal dus het ‘wat’ en het ‘hoe’ uit elkaar door in ambities te denken in plaats van in oplossingen. De wat-vraag moet de opdrachtgever (het lokale bestuur) beantwoorden. De hoe-vraag is voor de opdrachtnemer (de ontwerper in samenspraak met de administratie).

Formuleer doelstellingen in plaats van maatregelen

Het is belangrijk om die visie en doelstellingen duidelijk vast te leggen. Zij vormen dan een helder kader van beleidskeuzes waarbinnen aan de hand van ontwerpend onderzoek op gefundeerde wijze gedragen maatregelen tot stand kunnen komen. Heel vaak staan burgers immers wel achter het doel van een bepaald project, maar haken ze af wanneer ze enkel de maatregelen te horen krijgen. Wees je er ook van bewust dat bepaalde woorden bepaalde beelden oproepen. Zo hebben termen als ‘knip’ of ‘circulatieplan’ intussen een eerder negatieve connotatie. Bij de bewoners leeft de perceptie dat hun wijk onbereikbaar wordt. Maar een autoverkeersfilter en een circulatieplan voor gemotoriseerd verkeer zijn maar enkele van de mogelijke maatregelen om een doel te bereiken: namelijk méér ruimte voor voetgangers en fietsers, ontharding en vergroening in jouw wijk. Daar is zelden iemand tegen. Spreek dan ook in de eerste plaats over deze doelstellingen en niet uitsluitend over de middelen om daar te komen.

Wees direct wantrouwen te snel af door in de eerste plaats de onderliggende ambitie uit te spreken. Het zijn dit soort beleidskeuzes die de basis vormen voor de Leefbuurt.

Standaard

Les 03: Toon ambitie

Lessen Leefbuurten 03. Toon ambitie

Openbaar domein is meer dan verkeersruimte. Toon voor alle soorten uitdagingen evenveel ambitie.

De aanleg van het openbaar domein is geen zuiver verkeerskundige kwestie. De publieke ruimte maakt ook deel uit van een ecologisch en een sociaal-ruimtelijk systeem. In de Leefbuurt staat de mens centraal. De straat vormt het verlengde van de woning: het woonmilieu. Dat moet ook zijn weerslag krijgen in het ruimtelijk ontwerp. Niet het gemotoriseerde verkeer primeert, wel de mens. Als bestuur moet je alle daaruit voortvloeiende uitdagingen evenwaardig naast elkaar durven plaatsen om de schaarse ruimte die er is optimaal te kunnen benutten. Mobiliteit kan een middel zijn om er te komen, maar geen doel op zich. Het gesprek glijdt gemakkelijk af naar een discussie over parkeren. Daar moeten we voor opletten, al mogen we ook niet blind zijn voor het probleem. Door uitsluitend of vooral bezig te zijn met één element valt het gemeenschappelijk verhaal weg: wat maakt deze buurt waardevol; waarom willen mensen hier wonen? Dit vereist een andere logica.

In de voorgaande brochure ‘Buurten vol lef, buurten vol leven’ werden de kwaliteiten van een Leefbuurt onder vijf noemers geplaatst: bereikbaarheid, nabijheid, esthetiek, ecologie en proces. Deze bouwstenen zijn evenwaardig en dus moeten ze geïntegreerd behandeld worden. Streef ook naar een hoog ambitieniveau voor elk van de bouwstenen. Probeer te ontwerpen voor de komende twee tot drie decennia: liggen de ambities van vandaag hoog genoeg? Maak een diagnose van de huidige staat van die verschillende bouwstenen op niveau van de buurt en evalueer waar je troeven en tekorten zitten. Welke groene of blauwe structuren vind je terug in en om de buurt? Welke plaats krijgen de verschillende vervoersmodi er vandaag? Wat bepaalt het buurtleven? Als je dit goed in kaart hebt, kan je het evenwicht tussen de uitdagingen beginnen te verbeteren. Uiteindelijk is de vraag hoe die bouwstenen samenkomen in een concreet project. Die synthese vormt een goed vertrekpunt om tot ruimtelijke kwaliteit te komen.

Standaard

Les 04: Kijk voldoende ruim

Lessen Leefbuurten 04. Kijk voldoende ruim

Een straat staat niet op zichzelf, de buurt is geen eiland. Kijk voldoende ruim.

Niet alleen wordt de herinrichting van het openbaar domein vaak vanuit een probleemoplossende logica aangevat, zo’n project blijft ook vaak beperkt tot de schaal van één straat, één kruispunt of één plein. Met Leefbuurten tonen we aan dat het grote voordelen biedt de scope te verbreden: door minstens al de toekomstvisie op schaal van de hele buurt uit te werken, komen koppelkansen aan het licht.

Denken op buurtniveau is essentieel om in te zetten op nieuwe mobiliteitsconcepten zoals de wijkkamer en zone 30. Het ligt voor de hand dat je de modal shift niet kunt stimuleren in één straat. Maar ook voor veel andere aspecten is de schaal van de wijk veel geschikter. Overmatige verharding en een achteruitgang van biodiversiteit creëren eilandeffecten die de ontwikkeling van natuur bedreigen. Er zijn blijvend goede verbindingen nodig op het vlak van groen- en waterstructuren die verder reiken dan enkele tuinen, en dit zowel boven- als ondergronds. Een schakel van boomkronen door de publieke ruimte creëert veilige corridors voor eekhoorns. Een geconnecteerde bodem zonder barrières maakt dat wortels en schimmels met elkaar kunnen communiceren, opdat planten écht weelderig kunnen gedijen en volwaardige biotopen gaan vormen. Ook afstromend regenwater stopt niet aan de grens van de wijk. Door in de hoger gelegen buurt te werken aan infiltratie in combinatie met buffering op strategische plekken, creëer je een oplossing voor een overstromingsproblematiek in een lager gelegen deel van de gemeente. Om ook meer ontmoetingsruimte te realiseren moeten de meest aangewezen rust- en speelplekken in heel de wijk in kaart gebracht worden: hoe geraken bewoners daar; welke verbindingen kunnen we aanbieden op maat van zowel jong als oud?

Kortom: de buurt is geen eiland. Maak een analyse van de ruimere context en neem in de projectdefinitie op wat relevant is. Beschouw iedere heraanleg niet als een apart project, maar als een onderdeel van een specifieke context binnen een breder gebied. Ook aandacht voor het grotere landschap, de bodem, het reliëf waarin een project zich bevindt is daarbij relevant.

Standaard

Les 05: Ingrid

Lessen Leefbuurten 04. Kijk voldoende ruim

Een straat staat niet op zichzelf, de buurt is geen eiland. Kijk voldoende ruim.

Niet alleen wordt de herinrichting van het openbaar domein vaak vanuit een probleemoplossende logica aangevat, zo’n project blijft ook vaak beperkt tot de schaal van één straat, één kruispunt of één plein. Met Leefbuurten tonen we aan dat het grote voordelen biedt de scope te verbreden: door minstens al de toekomstvisie op schaal van de hele buurt uit te werken, komen koppelkansen aan het licht.

Denken op buurtniveau is essentieel om in te zetten op nieuwe mobiliteitsconcepten zoals de wijkkamer en zone 30. Het ligt voor de hand dat je de modal shift niet kunt stimuleren in één straat. Maar ook voor veel andere aspecten is de schaal van de wijk veel geschikter. Overmatige verharding en een achteruitgang van biodiversiteit creëren eilandeffecten die de ontwikkeling van natuur bedreigen. Er zijn blijvend goede verbindingen nodig op het vlak van groen- en waterstructuren die verder reiken dan enkele tuinen, en dit zowel boven- als ondergronds. Een schakel van boomkronen door de publieke ruimte creëert veilige corridors voor eekhoorns. Een geconnecteerde bodem zonder barrières maakt dat wortels en schimmels met elkaar kunnen communiceren, opdat planten écht weelderig kunnen gedijen en volwaardige biotopen gaan vormen. Ook afstromend regenwater stopt niet aan de grens van de wijk. Door in de hoger gelegen buurt te werken aan infiltratie in combinatie met buffering op strategische plekken, creëer je een oplossing voor een overstromingsproblematiek in een lager gelegen deel van de gemeente. Om ook meer ontmoetingsruimte te realiseren moeten de meest aangewezen rust- en speelplekken in heel de wijk in kaart gebracht worden: hoe geraken bewoners daar; welke verbindingen kunnen we aanbieden op maat van zowel jong als oud?

Kortom: de buurt is geen eiland. Maak een analyse van de ruimere context en neem in de projectdefinitie op wat relevant is. Beschouw iedere heraanleg niet als een apart project, maar als een onderdeel van een specifieke context binnen een breder gebied. Ook aandacht voor het grotere landschap, de bodem, het reliëf waarin een project zich bevindt is daarbij relevant.

Standaard

Vitrinepresentatie Bouwmeester Label ‘MPMD 2043’

Een expo en podcast over hoe een Micro Publiek Materiaal Depot er uit kan zien
Atelier Bouwmeester, Galerij Ravenstein 54-59, 1000 Brussel do 18 januari – vr 15 maart 2024

Studio Tuin en Wereld en MikeViktorViktor onderzocht in het kader van Bouwmeester Label 027 hoe een ‘Micro Publiek Materiaal Depot’ kan zorgen voor de link tussen het recupereren van bouwmaterialen, het delen van kennis en het beschikbaar maken van materiaal voor iedereen. Een neerslag van hun onderzoekstraject kan je nu bekijken in de vitrine van het Atelier Bouwmeester. In een podcast bespreken ze met een aantal gasten hoe zo’n plek er dan uitziet in het jaar 2043.  

Aan de hand van een reeks tekeningen licht het onderzoeksteam de opzet en het verloop van het project toe, dat vooral bestond uit vele gesprekken met (ervarings)deskundigen in circulair bouwen of het opslaan van bouwmaterialen. De ontwerpers projecteerden de mogelijkheden van het Micro Publiek Materiaal Depot naar het jaar 2043, en stelden een aantal mensen de vraag hoe zo’n plek er dan zou uitzien.

De antwoorden op deze vraag kan je ook beluisteren in de gelijknamige podcast. Daarin gaat Elien Vanhamel (Studio Tuin en Wereld) in gesprek met Erik Wieërs (Vlaams Bouwmeester), Jan Sterckx (Toestand vzw), Annelies De Gendt (adviseur circulaire economie van de stad Sint-Niklaas), Pieter De Keyser (Eco&Zo), Martha Vandermaesen (adviseur circulaire economie bij aannemersbedrijf DEMOCO), Erik Rombaut (ecoloog KU Leuven), Lisa Doeland (filosoof) en Nathan Van Den Bossche (onderzoeker en docent bouwtechnieken en vastgoedkunde aan de UGent).

Beluister de podcast

Vitrine Bouwmeester Label 613.48 Nee Ja

Publieksavond ‘Micro Publiek Materiaal Depot 2043’

SmallTalk 53
Atelier Bouwmeester, Ravensteingalerij 54-59, 1000 Brussel
do 18 januari 2024, 19.00 uur

Circulariteit is nog vaak een ‘business of promises’. Men gaat er dan van uit dat wat we nu ontwerpen in de toekomst evident hergebruikt zal worden. Zo gaat circulair bouwen vaak over nieuwe elementen en hoe demonteerbaar, modulair of kwalitatief ze zijn. Hergebruik van bestaande bouwmaterialen ligt moeilijker. ‘Urban Mining’ is niet altijd evident. Wanneer je ergens materiaal vindt, moet het na demontage en transport voor een paar dagen, maanden of jaren opgeslagen worden, om dan opnieuw getransporteerd en in elkaar gezet te worden. 

Weinig partijen nemen deze rol op zich wanneer het gaat over materialen met een lage herverkoopwaarde. Tegenwoordig wordt nog erg selectief geoogst: dat wat veel moeite kost, brengt best ook geld op. Tegelijkertijd putten we grondstofvoorraden voor de productie van bouwmaterialen steeds verder uit.

Studio Tuin en Wereld en MikeViktorViktor architects zien in dit logistieke luik van de circulaire economie ook een interessante mogelijkheid: de plek waar de uitwisseling van materiaal plaatsvindt, kan ook een plaats voor ontmoetingen en kennisdeling zijn.

Daarnaast staan ze stil bij de sociale dimensie. Circulair bouwen is vandaag niet goedkoper, en vaak zelfs duurder dan met nieuw materiaal bouwen. Als we de transitie moeten maken naar een circulaire economie, hoe zorgen we er dan voor dat iedereen mee kan?

Kan een ‘Micro Publiek Materiaal Depot’ zorgen voor de link tussen het recupereren van bestaande bouwmaterialen, het delen van kennis en het beschikbaar maken van materiaal voor iedereen? Het team projecteert de mogelijkheden naar het jaar 2043, en stelt zich de vraag hoe zo’n plek er dan uitziet.

Tijdens de publieksavond van 18 januari licht het onderzoeksteam de opzet en het verloop van het project toe en gaat het in gesprek met twee respondenten over het logistieke en het sociale aspect van het project. Die avond wordt ook een podcast gelanceerd en een vitrine-expo in het Atelier Bouwmeester geopend. Beide vormen de neerslag van de vele gesprekken die het team voerde met (ervarings)deskundigen in circulair bouwen.

Programma

19u

Welkom

19u05

Toelichting van het onderzoeksproject door Studio Tuin en Wereld en MikeViktorViktor

19u40

Toelichting van de werking van het logistieke luik en reactie op de podcast door Martha Vandermaesen, DEMOCO

20u

Toelichting van de werking van het sociale luik en reactie op de podcast door Jan Sterckx, In Limbo

20u30

Slotbeschouwing door Erik Wieërs, Vlaams Bouwmeester

Small Talk 613.15 Nee Ja

‘Bouwerkrans – Prijs Wivina Demeester’ door Liesbeth Henderickx

Een artistieke trofee voor de laureaten van de Prijs Wivina Demeester 2023
wo 14 juni 2023, 10.00 uur

Bij elke editie van de Prijs Wivina Demeester voor Excellent Bouwheerschap ontvangen de laureaten een kunstwerk dat speciaal voor deze gelegenheid werd gecreëerd. Ditmaal maakte kunstenaar Liesbeth Henderickx het werk met de titel Bouwerkrans – Prijs Wivina Demeester. De trofee is opgebouwd uit steen- en betonresten en roept het beeld van een lauwerkrans op. 

Liesbeth Henderickx verwijst in haar werk vaak naar architectuur. Ze deconstrueert en recycleert materialen om ze tot nieuwe constructies samen te voegen. In haar atelier slingeren allerhande steen- en betonresten rond, waarbij Henderickx op zoek gaat naar de juiste inzet van het gevonden materiaal voor de creatie van nieuwe werken. De bouwelementen worden zorgvuldig geclassificeerd en geanalyseerd met het oog op het combineren van soorten, vormen, kleuren, … Het bewerken van de gevonden en gerecycleerde materialen aan de hand van traditionele technieken maakt deel uit van een traag en meditatief creatieproces. Het zijn deze precieze en tegelijk precieuze handelingen die haar sculpturen een sterk organisch karakter verlenen. Liesbeth Henderickx heeft vanuit een sterk ecologisch bewustzijn aandacht voor het materiaal en wat ermee gemaakt kan worden. Ze nodigt de toeschouwer uit goed te kijken en de vaak gecombineerde materialen in hun nieuwe verschijningsvorm te herontdekken. Ze is zelf gefascineerd door de historiek en de oorsprong van deze materialen, die ooit deel uitmaakten van een gebouw, pleinen, straten of bruggen in een stedelijke omgeving, maar inmiddels vaak hun originele betekenis en waarde verloren zijn.  

Ook bij de creatie van een trofee voor de laureaten van de Prijs Wivina Demeester maakte Liesbeth Henderickx gebruik van de bouwfragmenten uit haar atelier. Met de creatie viert ze niet alleen diegenen die de trofee zullen ontvangen, maar ook de materialen zonder dewelke geen enkel bouwproject kan bestaan. Het zowel organisch opgebouwde als zeer rationeel doordachte object heeft veel weg van een lauwerkrans. In de klassieke oudheid werd een lauwerkrans, gemaakt van takken en bladeren van de laurier, uitgereikt naar aanleiding van een sterke prestatie maar ook bij poëtische ontmoetingen. De krans was een teken van erkenning dat de gelauwerde meekreeg en koesterde. De lauwerkrans wordt, als blijk van waardering, ook van oudsher gebruikt in academisch verband, en is tevens als motief terug te vinden in architectuur, meubilair en textiel.  

Henderickx’ lauwerkransen brengen kunst en architectuur in een beeld samen en zetten op een ongewone manier hergebruik en recyclage in de verf. Ze prikkelen zowel onze verbeelding als onze hang naar functionaliteit. De vijf kransen verschillen lichtjes van vorm en kleur en hebben een feestelijke uitstraling. Tegelijk hebben ze een poëtische maar kritische kracht die aanzet tot nadenken over de impact van het bouwen op de kwaliteit van onze leefomgeving. 

Liesbeth Henderickx (°1991) studeerde Beeldhouwkunst aan KASK Gent en was laureate aan het HISK (2017-2018). Ze won in 2016 de nationale prijs Mark Macken voor beeldhouwkunst. Enkele recente tentoonstellingen zijn: ‘Violent Tendencies’ in Extra City Kunsthal in Antwerpen, ‘On Materiality’ in Dash, Kortrijk (BE) en ‘Balls & Glory’ bij Rudolf Janssen in Brussel. Ze kreeg het Bohuslan Stenstipendium (2020) toegekend in Zweden, was residente bij Arte Ventura in Spanje (2019), bij de Cona Foundation in Mumbai in India (2021) en De Koer in Gent (2022).

Vitrine 831.60 Nee Ja

Leefbuurten Ottenburg in Huldenberg en Muizen in Mechelen

SmallTalk 52
Atelier Bouwmeester, Ravensteingalerij 54-59, 1000 Brussel
do 23 november 2023, 19.00 uur

Met het traject Leefbuurten zet het Team Vlaams Bouwmeester in op de toekomstbestendige herinrichting van de publieke ruimte in woonbuurten. Sinds 2022 zijn zeven ontwerpteams aan de slag in zeven wijken. In de reeks SmallTalk brengen we deze projecten paarsgewijs onder de aandacht en laten we zien hoe de diverse uitdagingen die er spelen tot heel verschillende ontwerpvoorstellen én een verschillend plan van aanpak leiden, op maat van het project. Aansluitend gaan we telkens met een panel in gesprek over de hindernissen die zowel opdrachtgevers als ontwerpers moeten nemen om tot de realisatie van een Leefbuurt te komen.

Leefbuurten zijn levendige, klimaatrobuuste en autoluwe buurten waar het aangenaam wandelen, fietsen en wonen is. Vanuit de overtuiging dat grensverleggende realisaties een sneeuwbaleffect kunnen sorteren, ondersteunt het Team Vlaams Bouwmeester sinds 2021 zeven steden en gemeenten in de transformatie van één van hun woonbuurten tot zo’n Leefbuurt. Na een intensief begeleidingstraject werd voor ieder project een ontwerpteam aangesteld dat met veel enthousiasme aan de slag ging met de opmaak van een ‘Leefbuurtplan’: een toekomstvisie en ontwikkelingsstrategie voor de ganse buurt.

Inmiddels zijn verscheidene projecten flink gevorderd: het ‘Leefbuurtplan’ staat er op punt, strategische projecten werden bepaald, quick wins en proefopstellingen zijn in uitvoering. Momenteel werken de ontwerpteams de inrichtingsplannen uit voor de definitieve realisaties op het terrein. Dit najaar en komend voorjaar geven we in de reeks SmallTalk dan ook graag het woord aan telkens twee teams die het ontwerp voor hun Leefbuurt zullen presenteren. De combinatie van verschillende cases maakt duidelijk dat de realisatie van een Leefbuurt maatwerk vereist, zowel wat de analyse betreft als bij het ontwerp en de uitvoering.

De realisatie van zeven voorbeeldige projecten is niet het enige doel van het traject Leefbuurten. De projecten leveren ook ervaringen op die het mogelijk maken bestaande regels, werkwijzen en doorlooptijden te verbeteren. Aansluitend bij de presentatie van de projecten gaan we daarom ook dieper in op de beleidscontext tijdens een panelgesprek. Met verschillende betrokkenen, van ervaringsdeskundigen tot beleidsmakers, gaan we in dialoog over de lessen die uit het traject te trekken vallen. Welke zijn de succesfactoren en struikelblokken? Hoe kunnen we de methodiek van Leefbuurten opschalen en ervoor zorgen dat de geïntegreerde inrichting van de publieke ruimte een reguliere praktijk wordt?

De lezingen vinden plaats in het Atelier Bouwmeester, starten telkens om 19u00 en worden omstreeks 21u00 afgerond met een drankje. Dit najaar starten we met de volgende vier projecten:

10 oktober 2023: Palokewijk in Dilbeek en Bosveld, ook gekend als Keirlandse Zillen, in Mol

23 november 2023: Ottenburg in Huldenberg en Muizen in Mechelen 

Programma 23 november 2023

19u00 – welkomstwoord

door Vlaams Bouwmeester Erik Wieërs

19u05 – korte introductie

door Eline Aerts, projectregisseur Leefbuurten

19u10 – presentaties

  • Leefbuurt Ottenburg in Huldenberg door Bert Gellynck en Vincent Van Praet (1010au)
  • Leefbuurt Muizen in Mechelen door Thijs de Boer (VOIDS)

20u10 - panelgesprek

Publiek gesprek gemodereerd door Eline Aerts met:

  • Patrick Princen, schepen van Openbare werken e.a., Stad Mechelen
  • Wout Baert, coördinator Fietsberaad Vlaanderen
  • Klaas Decanniere, dorpsraad Ottenburg

20u50 – reflectie

door Vlaams Bouwmeester Erik Wieërs

21u00 – afsluitend drankje

Small Talk Leefbuurten Pilootprojecten 669.15 Nee Ja

Oproep aan geïnteresseerden (OAG) OAG2406 In uitvoering

Bekijk project

Oproep aan geïnteresseerden (OAG) OAG2405 In uitvoering

Bekijk project

Oproep aan geïnteresseerden (OAG) OAG2404 In uitvoering

Bekijk project

Oproep aan geïnteresseerden (OAG) OAG2403 In uitvoering

Bekijk project