Atelier Bouwmeester, Ravensteingalerij 54-59, 1000 Brussel
di 10 oktober 2023, 19.00 uur
Met het traject Leefbuurten zet het Team Vlaams Bouwmeester in op de toekomstbestendige herinrichting van de publieke ruimte in woonbuurten. Sinds 2022 zijn zeven ontwerpteams aan de slag in zeven wijken. In de reeks SmallTalk brengen we deze projecten paarsgewijs onder de aandacht en laten we zien hoe de diverse uitdagingen die er spelen tot heel verschillende ontwerpvoorstellen én een verschillend plan van aanpak leiden, op maat van het project. Aansluitend gaan we telkens met een panel in gesprek over de hindernissen die zowel opdrachtgevers als ontwerpers moeten nemen om tot de realisatie van een Leefbuurt te komen.
Leefbuurten zijn levendige, klimaatrobuuste en autoluwe buurten waar het aangenaam wandelen, fietsen en wonen is. Vanuit de overtuiging dat grensverleggende realisaties een sneeuwbaleffect kunnen sorteren, ondersteunt het Team Vlaams Bouwmeester sinds 2021 zeven steden en gemeenten in de transformatie van één van hun woonbuurten tot zo’n Leefbuurt. Na een intensief begeleidingstraject werd voor ieder project een ontwerpteam aangesteld dat met veel enthousiasme aan de slag ging met de opmaak van een ‘Leefbuurtplan’: een toekomstvisie en ontwikkelingsstrategie voor de ganse buurt.
Inmiddels zijn verscheidene projecten flink gevorderd: het ‘Leefbuurtplan’ staat er op punt, strategische projecten werden bepaald, quick wins en proefopstellingen zijn in uitvoering. Momenteel werken de ontwerpteams de inrichtingsplannen uit voor de definitieve realisaties op het terrein. Dit najaar en komend voorjaar geven we in de reeks SmallTalk dan ook graag het woord aan telkens twee teams die het ontwerp voor hun Leefbuurt zullen presenteren. De combinatie van verschillende cases maakt duidelijk dat de realisatie van een Leefbuurt maatwerk vereist, zowel wat de analyse betreft als bij het ontwerp en de uitvoering.
De realisatie van zeven voorbeeldige projecten is niet het enige doel van het traject Leefbuurten. De projecten leveren ook ervaringen op die het mogelijk maken bestaande regels, werkwijzen en doorlooptijden te verbeteren. Aansluitend bij de presentatie van de projecten gaan we daarom ook dieper in op de beleidscontext tijdens een panelgesprek. Met verschillende betrokkenen, van ervaringsdeskundigen tot beleidsmakers, gaan we in dialoog over de lessen die uit het traject te trekken vallen. Welke zijn de succesfactoren en struikelblokken? Hoe kunnen we de methodiek van Leefbuurten opschalen en ervoor zorgen dat de geïntegreerde inrichting van de publieke ruimte een reguliere praktijk wordt?
De lezingen vinden plaats in het Atelier Bouwmeester, starten telkens om 19u00 en worden omstreeks 21u00 afgerond met een drankje. Dit najaar starten we met de volgende vier projecten:
10 oktober 2023: Palokewijk in Dilbeek en Bosveld, ook gekend als Keirlandse Zillen, in Mol
23 november 2023: Ottenburg in Huldenberg en Muizen in Mechelen
Programma 10 oktober 2023
19u00 – welkomstwoord
door Vlaams Bouwmeester Erik Wieërs
19u10 – introductie
door Eline Aerts, projectregisseur Leefbuurten
19u20 – presentaties
Leefbuurt Palokewijk in Dilbeek door Koen Stuyven en Esmée Hof (VECTRIS)
Leefbuurt Bosveld in Mol door Steven Geeraert (MAARCH) en Joppe Dehandschutter (CLUSTER landschap & stedenbouw)
20u20 - panelgesprek
Publiek gesprek gemodereerd door Eline Aerts met:
Irini Raeymaekers, Projectleider Openbare Ruimte, gemeente Dilbeek
Erik Schoofs, Waarnemend Algemeen Directeur woonmaatschappij Woonboog, regio Kempen-Midden
Jan Vilain, Hoofdredacteur RUIMTE / deskundige publieke ruimte, Vlaamse Vereniging voor Ruimte en Planning (VRP)
LABO RUIMTE, het laboratorium voor ontwerpend onderzoek rond complexe ruimtelijke vraagstukken, een samenwerking tussen het Departement Omgeving en het Team Vlaams Bouwmeester, bestaat tien jaar. Een ideaal moment om terug en vooruit te blikken. De inzichten uit een reeks toekomstlabo’s en vele formele en informele gesprekken hebben geleid tot een nieuwe publicatie, die de ambities voor de komende tien jaar bundelt.
LABO RUIMTE wil verder kijken dan morgen, en voorbij de heersende paradigma’s. LABO RUIMTE zet hiervoor ontwerpend onderzoek in, met als doel nieuwe ruimtelijke mogelijkheden en alternatieve oplossingen te verkennen en te verbeelden, die een antwoord bieden op de grote uitdagingen van de toekomst. Hoe kunnen we onze steden en landschappen organiseren opdat ze ruimte en zuurstof (blijven) geven aan menselijke activiteiten? Hoe kunnen we een ruimtelijk antwoord bieden op de klimaatverandering, veranderende woonwensen en werkgewoonten, toenemende zorgnoden en andere maatschappelijke opgaven?
Dit experiment gaat LABO RUIMTE niet alleen aan. Naargelang van de thematiek betrekt LABO RUIMTE geëngageerde administraties, experten, gebiedsactoren of beleidsmakers die bereid zijn om over de grenzen van functies en disciplines heen samen te werken rond een urgent thema. In alle vrijheid, maar nooit vrijblijvend. LABO RUIMTE biedt een vrije denk- en spreekruimte aan waar ontwerp en verbeeldingskracht ingezet worden als middel om mogelijkheden voor de toekomst op een (stads)regionale schaal te testen en bespreekbaar te maken. LABO RUIMTE is ook een leeromgeving waarin gezamenlijk – in het samenspel tussen ontwerpers, wetenschappers en beleidsmakers – nieuwe inzichten worden vergaard om de beleidsagenda te voeden en waar nieuwe coalities kunnen ontstaan.
De afgelopen tien jaar heeft LABO RUIMTE heel wat onderzoeksrapporten en publicaties uitgebracht over diverse thema’s, zoals de ruimtelijke impact van klimaatverandering, toenemende droogte en wateroverlast, de energie- en mobiliteitstransitie, circulariteit, de landbouw-transitie, enzovoort. Tal van ontwerpers, onderzoekers, experten, partners en stakeholders waren hierbij betrokken.
Doorheen de jaren is er dus een gemeenschap gevormd van diverse partijen die samen werk willen maken van de grote ruimtelijke uitdagingen voor de toekomst. Dit najaar gingen we in drie toekomstlabo’s met een tachtigtal partners en betrokkenen in gesprek om samen terug en vooruit te blikken, en kritisch te reflecteren op wat al goed loopt en wat nog anders of beter kan.
De publicatie 10 jaar LABO RUIMTE. Ontwerpen aan de toekomst bundelt de resultaten van die gesprekken in 15 ambities.
een laboratorium voor complexe ruimtelijke vraagstukken
Lees meer
Publicatie
704655
Deze publicatie blikt terug op tien jaar werking, én vooruit naar de toekomst!
/nl/publicaties/10-jaar-labo-ruimte-ontwerpen-aan-de-toekomst
Labo Ruimte
Vlaamse overheid, Departement Kanselarij en Buitenlandse Zaken (DKBUZA)
Oscar Broeckhoven
Oscar Broeckhoven
Onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking (OPZB)
OAG2403
Ja
Oproep aan geïnteresseerden (OAG)
Opmaak van een strategisch ontwikkelingsplan voor de Rupelregio
Strategisch ontwikkelingsplan voor de Rupelregio
Rupelregio - Strategisch ontwikkelingsplan
Het Departement Kanselarij en Buitenlandse Zaken zoekt een ontwerpteam voor de opmaak van een strategisch ontwikkelingsplan voor de Rupelregio. Het ontwerpteam neemt bestaande projecten, ruimtelijke beleidsplannen en gebiedsgerichte ambities onder de loep om achtereenvolgens te komen tot een ambitiedocument, een ruimtelijke toekomstvisie en ten slotte een ontwikkelingsplan met concrete projecten.
Procedure
Onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking
,
Timing
Geïnteresseerden kunnen zich melden tot donderdag 22 februari 2024, 11.00 uur.
3 teams worden uitgenodigd om een offerte in te dienen tegen vrijdag 8 maart 2024, 11.00 uur.
Bureaupresentatie op woensdag 13 maart 2024 tussen 14.30 en 16.30 uur.
Startvergadering op vrijdag 15 maart 2024, 10.00 uur.
Oplevering ambitiedocument mei 2024
Oplevering toekomstvisie november 2024
Oplevering strategisch ontwikkelingsplan mei 2025
,
Ereloon
Voor de uitvoering van de deelopdrachten in 2024 wordt een forfaitaire vergoeding voorzien van €53.000 excl. btw. Afhankelijk van de beslissing van de Vlaamse Regering wordt de derde deelopdracht toegewezen in 2025. Daarvoor dient het budget nog bepaald te worden.
,
vergoeding
3 teams worden uitgenodigd om een offerte in te dienen tegen een vergoeding van 750 euro voor een geldige offerte.
De steenbakkerijen en scheepswerven langs de Rupel zijn sinds de jaren ’70 in onbruik geraakt door de opkomst van nieuwe bouwmaterialen, stijgende concurrentie en hogere energieprijzen. Sinds kort is de Rupelregio volop in transitie. Zo worden industrie- en woonzones opnieuw ontwikkeld en komt de Rupel weer tot leven, ditmaal als recreatieve natuurverbinding en cultuurhistorisch landschap. Initiatieven zoals Tomorrowland, een grootschalig outdoor dance-event dat jaarlijks plaatsvindt in De Schorre in Boom, en honderdduizenden bezoekers vanuit alle continenten naar de regio lokt, is een van de drijvende krachten voor de ontwikkeling van bedrijvigheid in diverse sectoren, onder andere in de entertainmentsector. De regio heeft nood aan een samenhangende toekomstvisie die rekening houdt met de aanwezige landschappelijke troeven en opportuniteiten voor het gebied rond de Rupel, van Hemiksem tot Mechelen.
Medio juni 2023 blies de Vlaamse Regering Flanders Technology nieuw leven in. Flanders Technology & Innovation (FTI) is een wervend project rond technologie en innovatie, over alle beleidsdomeinen heen. Eén van de pijlers binnen FTI is Entertainment Tech. De Vlaamse Regering besliste om de event-entertainmentsector te verankeren en dit te koppelen aan de ontwikkeling van de Rupelregio, met Boom en Rumst als centra. De ambitie is om deze regio te laten uitgroeien tot dé Europese hotspot voor onderzoek, innovatie en creatie op vlak van entertainmenttechnologie, en tegelijk in te zetten op diverse maatschappelijke meerwaarden zoals natuurcreatie, toekomstbestendig wonen, klimaatbestendigheid, mobiliteit, openbaar vervoer enzovoort.
Het Team Vlaams Bouwmeester staat in voor de ruimtelijke en architecturale kwaliteitsborging van het strategisch ontwikkelingsplan Rupelregio. Het project wordt opgevolgd door een visieorgaan dat wordt voorgezeten door de Minister-President en leden telt uit diverse bestuursniveaus, kennisinstellingen en sectoren.
De Vlaamse Regering heeft een niet limitatieve lijst van 30 zeer diverse projecten opgesteld die verder onderzoek behoeven. Het gaat dan onder meer over mobiliteitsprojecten, zoals het doortrekken van de tramverbinding Brussel-Willebroek of het uitbreiden en optimaliseren van fiets- en voetgangersinfrastructuur, het uitbouwen van een toeristisch en recreatief netwerk, het verbinden van groengebieden, de ontwikkeling van het Rivierpark Scheldevallei, de realisatie van een belevingscentrum in De Schorre enzovoort. Deze projecten zullen samen met beleidsvisies en -ambities als uitgangspunt dienen voor de opmaak van het strategisch ontwikkelingsplan. We werken in drie stappen:
Stap 1a: Ambitiedocument
Op basis van de onderzochte uitdagingen en opportuniteiten in de Rupelregio stelt men een inspirerend en wervend verhaal op. Dit wordt ondersteund door eventuele plannen en beeldmateriaal.
Dit ambitiedocument dient ter inspiratie in aanloop naar de vorming van de nieuwe Vlaamse Regering en als communicatiemiddel naar (toekomstige) stakeholders. Het vormt de aanzet voor de uitwerking van een toekomstvisie.
De oplevering is voorzien medio mei 2024.
Stap 1b: Toekomstvisie
Na de ondertekening van het nieuwe regeerakkoord kan het strategisch ontwikkelingsplan een doorstart maken en de ambities van de nieuwe bestuursploeg meenemen.
Het ambitiedocument voor de Rupelregio wordt aangescherpt samen met diverse stakeholders, om te komen tot een volwaardige en gedragen toekomstvisie.
De toekomstvisie voor de Rupelregio wordt verder uitgewerkt tot een ontwikkelingsstrategie: Welke ambities en projecten zijn prioritair? Welke investeringen zijn nodig? Wie neemt het opdrachtgeverschap op voor welk project? Wat is een mogelijke fasering? Op basis van dit strategisch ontwikkelingsplan kan de Vlaamse Regering projecten benoemen in de septemberverklaring 2025 en de begroting van het nieuwe politieke werkjaar.
De toewijzing van deze deelopdracht hangt af van de beslissingen van de nieuwe Vlaamse Regering. Start en oplevering zijn voorzien in 2025.
Het Team Vlaams Bouwmeester is op zoek naar een multidisciplinair ontwerpteam met kennis van en ervaring in landschappelijke en territoriale ontwikkeling, bouweconomie, architectuur en mobiliteit.
Het Team Vlaamse Bouwmeester treedt op als opdrachtgever en zal deel uitmaken van het adviescomité voor de gunning van de opdracht.
De Oproep aan geïnteresseerden heeft als doel om een lijst van geïnteresseerde ontwerpteams samen te stellen. Deze lijst zal de opdrachtgever in staat stellen om een keuze te maken van aan te schrijven ontwerpteams. Aan de aanmelding zijn geen rechten of plichten verbonden, noch voor de indiener, noch voor de opdrachtgever. De aanmeldingen zijn louter voor intern gebruik bij de opdrachtgever en het Team Vlaams Bouwmeester. De aanmeldingen zullen nergens bekendgemaakt worden.
Oproep aan geïnteresseerden 2024
Vlaamse overheid, Departement Kanselarij en Buitenlandse Zaken (DKBUZA)
3 teams worden uitgenodigd om een offerte in te dienen tegen een vergoeding van 750 euro voor een geldige offerte.
Voor de uitvoering van de deelopdrachten in 2024 wordt een forfaitaire vergoeding voorzien van €53.000 excl. btw. Afhankelijk van de beslissing van de Vlaamse Regering wordt de derde deelopdracht toegewezen in 2025. Daarvoor dient het budget nog bepaald te worden.
De steenbakkerijen en scheepswerven langs de Rupel zijn sinds de jaren ’70 in onbruik geraakt door de opkomst van nieuwe bouwmaterialen, stijgende concurrentie en hogere energieprijzen. Sinds kort is de Rupelregio volop in transitie. Zo worden industrie- en woonzones opnieuw ontwikkeld en komt de Rupel weer tot leven, ditmaal als recreatieve natuurverbinding en cultuurhistorisch landschap. Initiatieven zoals Tomorrowland, een grootschalig outdoor dance-event dat jaarlijks plaatsvindt in De Schorre in Boom, en honderdduizenden bezoekers vanuit alle continenten naar de regio lokt, is een van de drijvende krachten voor de ontwikkeling van bedrijvigheid in diverse sectoren, onder andere in de entertainmentsector. De regio heeft nood aan een samenhangende toekomstvisie die rekening houdt met de aanwezige landschappelijke troeven en opportuniteiten voor het gebied rond de Rupel, van Hemiksem tot Mechelen.
Medio juni 2023 blies de Vlaamse Regering Flanders Technology nieuw leven in. Flanders Technology & Innovation (FTI) is een wervend project rond technologie en innovatie, over alle beleidsdomeinen heen. Eén van de pijlers binnen FTI is Entertainment Tech. De Vlaamse Regering besliste om de event-entertainmentsector te verankeren en dit te koppelen aan de ontwikkeling van de Rupelregio, met Boom en Rumst als centra. De ambitie is om deze regio te laten uitgroeien tot dé Europese hotspot voor onderzoek, innovatie en creatie op vlak van entertainmenttechnologie, en tegelijk in te zetten op diverse maatschappelijke meerwaarden zoals natuurcreatie, toekomstbestendig wonen, klimaatbestendigheid, mobiliteit, openbaar vervoer enzovoort.
Het Team Vlaams Bouwmeester staat in voor de ruimtelijke en architecturale kwaliteitsborging van het strategisch ontwikkelingsplan Rupelregio. Het project wordt opgevolgd door een visieorgaan dat wordt voorgezeten door de Minister-President en leden telt uit diverse bestuursniveaus, kennisinstellingen en sectoren.
De Vlaamse Regering heeft een niet limitatieve lijst van 30 zeer diverse projecten opgesteld die verder onderzoek behoeven. Het gaat dan onder meer over mobiliteitsprojecten, zoals het doortrekken van de tramverbinding Brussel-Willebroek of het uitbreiden en optimaliseren van fiets- en voetgangersinfrastructuur, het uitbouwen van een toeristisch en recreatief netwerk, het verbinden van groengebieden, de ontwikkeling van het Rivierpark Scheldevallei, de realisatie van een belevingscentrum in De Schorre enzovoort. Deze projecten zullen samen met beleidsvisies en -ambities als uitgangspunt dienen voor de opmaak van het strategisch ontwikkelingsplan. We werken in drie stappen:
Stap 1a: Ambitiedocument
Op basis van de onderzochte uitdagingen en opportuniteiten in de Rupelregio stelt men een inspirerend en wervend verhaal op. Dit wordt ondersteund door eventuele plannen en beeldmateriaal.
Dit ambitiedocument dient ter inspiratie in aanloop naar de vorming van de nieuwe Vlaamse Regering en als communicatiemiddel naar (toekomstige) stakeholders. Het vormt de aanzet voor de uitwerking van een toekomstvisie.
De oplevering is voorzien medio mei 2024.
Stap 1b: Toekomstvisie
Na de ondertekening van het nieuwe regeerakkoord kan het strategisch ontwikkelingsplan een doorstart maken en de ambities van de nieuwe bestuursploeg meenemen.
Het ambitiedocument voor de Rupelregio wordt aangescherpt samen met diverse stakeholders, om te komen tot een volwaardige en gedragen toekomstvisie.
De toekomstvisie voor de Rupelregio wordt verder uitgewerkt tot een ontwikkelingsstrategie: Welke ambities en projecten zijn prioritair? Welke investeringen zijn nodig? Wie neemt het opdrachtgeverschap op voor welk project? Wat is een mogelijke fasering? Op basis van dit strategisch ontwikkelingsplan kan de Vlaamse Regering projecten benoemen in de septemberverklaring 2025 en de begroting van het nieuwe politieke werkjaar.
De toewijzing van deze deelopdracht hangt af van de beslissingen van de nieuwe Vlaamse Regering. Start en oplevering zijn voorzien in 2025.
Het Team Vlaams Bouwmeester is op zoek naar een multidisciplinair ontwerpteam met kennis van en ervaring in landschappelijke en territoriale ontwikkeling, bouweconomie, architectuur en mobiliteit.
Het Team Vlaamse Bouwmeester treedt op als opdrachtgever en zal deel uitmaken van het adviescomité voor de gunning van de opdracht.
De Oproep aan geïnteresseerden heeft als doel om een lijst van geïnteresseerde ontwerpteams samen te stellen. Deze lijst zal de opdrachtgever in staat stellen om een keuze te maken van aan te schrijven ontwerpteams. Aan de aanmelding zijn geen rechten of plichten verbonden, noch voor de indiener, noch voor de opdrachtgever. De aanmeldingen zijn louter voor intern gebruik bij de opdrachtgever en het Team Vlaams Bouwmeester. De aanmeldingen zullen nergens bekendgemaakt worden.
Ja
Oproep aan geïnteresseerden (OAG)
Gemeenten langsheen de Rupel
Opmaak ruimtelijk governance model Rupelregio als Europees centrum voor de entertainmentsector
Ruimtelijk governance model voor de ontwikkeling van de Rupelregio
De Vlaamse overheid is voor Flanders Technology and Innovation (FTI) op zoek naar een studie- of onderzoeksteam voor de ontwikkeling van een model voor de architecturale en ruimtelijke kwaliteitsbewaking bij de ontwikkeling van de Rupelregio als Europees centrum voor de event- en entertainment sector (EET).
Procedure
Opdracht met beperkte waarde
,
Timing
Geïnteresseerden kunnen zich melden tot 5 december 2024, 11u.
3 teams worden uitgenodigd om een offerte in te dienen tegen 18 december 2023, 11u.
Presentatie van de offertes op 19 december 2024, vanaf 13 uur.
Opmaak ruimtelijk governance model tegen februari 2024.
,
Ereloon
Voor de uitvoering van de opdracht wordt een forfaitaire vergoeding voorzien van € 30.000 (excl. btw).
,
vergoeding
3 teams worden uitgenodigd om een offerte in te dienen. De twee niet gekozen indieners ontvangen een vergoeding van 1.000 euro (excl. btw) voor een geldige offerte.
Flanders Technology & Innovation: Verankering van de event-entertainmentsector in Vlaanderen gekoppeld aan een reconversie van de Rupelregio
Flanders Technology and innovation (FTI)
Medio juni 2023 blies de Vlaamse Regering Flanders Technology nieuw leven in. Flanders Technology & Innovation (FTI) moet een wervend project zijn rond technologie en innovatie, over alle beleidsdomeinen heen. Eén van de pijlers binnen FTI is Entertainment Tech. De Vlaamse Regering besliste om de Event-Entertainmentsector te verankeren en dit te koppelen aan een reconversie van de Rupelregio met Boom en Rumst als centrum. De ambitie is om deze regio te laten uitgroeien tot dé Europese hotspot voor onderzoek, innovatie en creatie op vlak van entertainmenttechnologie.
Virtualiteit en artificiële intelligentie worden belangrijke principes in de samenleving van de toekomst. Ze zullen onder andere de productieprocessen in de bedrijfswereld mee vorm geven en de virtuele ontmoetingswerelden ontwikkelen. De sector van de entertainmenttechnologie (ET) met gaming-technologie fungeert hierbij als een voorloper en vervult een trekkende rol. Belangrijke spelers uit de ET-industrie (Meta, Sony, Netflix, Google, de engine-bouwers Unity en Unreal,…) vinden hun weg naar de medische wereld, bouwsector, CCS, filmwereld, sportwereld… Wil Vlaanderen zich in Europa op economisch vlak verder profileren als de ET-regio bij uitstek, dan is het investeren in het versterken van de ET-sector van essentieel belang.
De Rupelregio als Europees centrum voor de entertainmentsector
Een van de meest vooraanstaande wereldspelers binnen de ET-sector is het bedrijf achter het festival Tomorrowland: We Are One World. Zij presenteerden in 2020 een verhaal over de mogelijkheden om in de Rupelregio een entertainmentsite te bouwen en een innovatiehub te ontwikkelen, specifiek voor entertainment. Ook andere bedrijven in de regio, zoals Studio 100, AED-studios, Telenet,…hebben een Europese of mondiale reputatie.
Op vraag van de minister-president werd een intendant aangesteld om de haalbaarheid van dit plan te onderzoeken. Uit het marktonderzoek van de intendant bleek dat er een manifeste nood
bestaat aan een heldere aanpak en strategie die kan gevonden worden door het plan te verankeren in FTI.
De Rupelregio beschikt door haar centrale ligging over fysieke ruimte voor onderwijs, toerisme, innovatie, events,… waarbij heel wat hoog- en laaggeschoold tewerkstellingspotentieel zich aanbiedt. Bovendien verdient de Rupelregio, na het stopzetten van de kleiontginning, een nieuwe positionering op het vlak van wonen, leven, recreëren en werken. Er bevinden zich grote economische en toeristische recreatieve ontwikkelingscapaciteiten en -opportuniteiten in één van de meer achtergestelde regio’s in Vlaanderen. De doelstellingen zijn beleidsdomein-overschrijdend:
Meer economische en toeristische activiteit;
Een effectievere arbeidsmarkt omwille van (sociale) doorgroeitrajecten voor studenten,
Jongeren en ouderen in de ET-sector;
Een veiligere multimodale mobiliteitscontext;
Meer groenruimte geschikt voor water, bos, biodiversiteit en recreatie.
Ruimtelijke visievorming en kwaliteitsbewaking
Om dit toekomstverhaal verder te concretiseren, werden er 6 werven en 30 projecten gedefinieerd op het vlak van governance, economische ontwikkeling, cultuur, toerisme, mobiliteit, omgeving, opleiding en onderwijs…. Om de ontwikkeling van deze werven en projecten op elkaar af te stemmen en een plaats te geven, is er een belangrijke rol weggelegd voor ruimtelijk onderzoek en advies. Dit onderzoek en advies wordt in praktijk gebracht op twee sporen:
1. Ruimtelijk adviseur
Een adviseur die de ruimtelijke ontwikkelingen, die voortvloeien uit de verschillende projecten, van nabij bekijkt en de kwaliteit bewaakt. De taken van deze adviseur zijn onder andere:
De deelname aan het visieorgaan,
De begeleiding en het adviseren van de 30 projecten en de verschillende stakeholders vanuit ruimtelijk perspectief (de administraties binnen de Vlaamse overheid, We Are One World (WAOW), Provincie Antwerpen, de Rupelgemeenten, de stad Mechelen, PMV, Thomas More Hogeschool, De Lijn, Infrabel, NMBS, De Waterweg,...
Het bijwonen van projectwerkgroepen,
Het initiëren, het opmaken van de projectdefinitie voor en het sturen van de strategische visienota,… (oplevering juni 2024).
Deze ruimtelijk adviseur adviseert en bewaakt de ruimtelijke en architecturale kwaliteit van de 30 projecten. Daarnaast bewaakt deze adviseur de ruimtelijke samenhang van de Rupelregio en de afstemming met het strategisch ontwikkelingsplan. De ruimtelijke adviseur wordt aangesteld begin 2024 en werkt in nauw contact met de Vlaamse Bouwmeester en zijn team. Binnen het projectteam van de intendant zijn er ook medewerkers (mobiliteitscoördinator en Community manager) die hem bij deze taak kunnen helpen.
2. De opmaak van een strategisch ontwikkelingsplan
De 6 werven en 30 projecten worden ontwikkeld in de Rupelregio. De realisatie van dit totaalconcept vraagt om een grote strategische en overkoepelende visie. Dit om zowel ruimtelijk, architecturaal, maatschappelijk (welzijn, cultuur, onderwijs, mobiliteitsproblematiek…) als economisch een gelijkwaardig verhaal te schrijven over de verschillende werven heen. Dit strategisch ontwikkelingsplan vormt de voorbereiding voor de verdere besluitvorming door de
Vlaamse regering. Op basis van deze ‘ambitiekaart’ zal de Vlaamse regering een selectie en prioritering maken van projecten die verder worden uitgewerkt. Voor de opmaak van het strategisch ontwikkelingsplan zal in 2024 een opdracht worden uitgeschreven. Dit ontwikkelingsplan zal moeten landen tegen mei 2025.
Oproep aan Geïnteresseerden voor opmaak ‘ruimtelijk governance model’
Om beide sporen (ruimtelijk adviseur en strategisch ontwikkelingsplan) uit te denken en voor te bereiden, willen de verschillende partners een ‘ruimtelijk governance model’ laten opmaken. Hieronder verstaan we een nota met onder andere:
De wijze waarop de ruimtelijk kwaliteitsbewaking en advies binnen het project wordt geïntegreerd en opgevolgd.
Welke functie de ruimtelijk adviseur heeft, wat zijn rol is binnen het project en hoe het ruimtelijk advies wordt opgenomen voor de uitwerking van het verdere project.
De overlegstructuur, de wijze van overleg, de timing,…
Het formaliseren van de rol van de adviseur in de besluitvorming.
Daarnaast wordt binnen deze opdracht ook de projectdefinitie opgemaakt voor het strategisch ontwikkelingsplan. De opmaak van dit ruimtelijk governance model zal zo snel mogelijk worden opgestart. De oplevering is voorzien begin 2024.
Voor de uitwerking van dit ruimtelijk governance model zijn we op zoek naar een studie- of onderzoeksteam. De kandidaat heeft bij voorkeur ervaring met:
Ruimtelijke planning en architectuur
Het verbinden van de diverse projecten tot een ruimtelijke projectplan
Het bepalen van de cruciale factoren bij de kwaliteitsbewaking van de ruimtelijke projecten
Het projectmatig samenwerken met en adviseren van het projectteam, het beleid en administratie van gemeenten, provincie, gewest, openbaar vervoerspartners,…
Het Team Vlaamse Bouwmeester begeleidt het hele project en zal deel uitmaken van het adviescomité voor de gunning van de opdracht.
De Oproep aan geïnteresseerden heeft als doel om een lijst van geïnteresseerde ontwerpteams samen te stellen. Deze lijst zal de opdrachtgever in staat stellen om een keuze te maken van aan te schrijven ontwerpteams. Aan de aanmelding zijn geen rechten of plichten verbonden, noch voor de indiener, noch voor de opdrachtgever. De aanmeldingen zijn louter voor intern gebruik bij de opdrachtgever en het Team Vlaams Bouwmeester. De aanmeldingen zullen nergens bekendgemaakt worden.
Oproep aan geïnteresseerden 2023
Vlaamse overheid, Departement Kanselarij en Buitenlandse Zaken (DKBUZA)
3 teams worden uitgenodigd om een offerte in te dienen. De twee niet gekozen indieners ontvangen een vergoeding van 1.000 euro (excl. btw) voor een geldige offerte.
Voor de uitvoering van de opdracht wordt een forfaitaire vergoeding voorzien van € 30.000 (excl. btw).
Flanders Technology and innovation (FTI)
Medio juni 2023 blies de Vlaamse Regering Flanders Technology nieuw leven in. Flanders Technology & Innovation (FTI) moet een wervend project zijn rond technologie en innovatie, over alle beleidsdomeinen heen. Eén van de pijlers binnen FTI is Entertainment Tech. De Vlaamse Regering besliste om de Event-Entertainmentsector te verankeren en dit te koppelen aan een reconversie van de Rupelregio met Boom en Rumst als centrum. De ambitie is om deze regio te laten uitgroeien tot dé Europese hotspot voor onderzoek, innovatie en creatie op vlak van entertainmenttechnologie.
Virtualiteit en artificiële intelligentie worden belangrijke principes in de samenleving van de toekomst. Ze zullen onder andere de productieprocessen in de bedrijfswereld mee vorm geven en de virtuele ontmoetingswerelden ontwikkelen. De sector van de entertainmenttechnologie (ET) met gaming-technologie fungeert hierbij als een voorloper en vervult een trekkende rol. Belangrijke spelers uit de ET-industrie (Meta, Sony, Netflix, Google, de engine-bouwers Unity en Unreal,…) vinden hun weg naar de medische wereld, bouwsector, CCS, filmwereld, sportwereld… Wil Vlaanderen zich in Europa op economisch vlak verder profileren als de ET-regio bij uitstek, dan is het investeren in het versterken van de ET-sector van essentieel belang.
De Rupelregio als Europees centrum voor de entertainmentsector
Een van de meest vooraanstaande wereldspelers binnen de ET-sector is het bedrijf achter het festival Tomorrowland: We Are One World. Zij presenteerden in 2020 een verhaal over de mogelijkheden om in de Rupelregio een entertainmentsite te bouwen en een innovatiehub te ontwikkelen, specifiek voor entertainment. Ook andere bedrijven in de regio, zoals Studio 100, AED-studios, Telenet,…hebben een Europese of mondiale reputatie.
Op vraag van de minister-president werd een intendant aangesteld om de haalbaarheid van dit plan te onderzoeken. Uit het marktonderzoek van de intendant bleek dat er een manifeste nood
bestaat aan een heldere aanpak en strategie die kan gevonden worden door het plan te verankeren in FTI.
De Rupelregio beschikt door haar centrale ligging over fysieke ruimte voor onderwijs, toerisme, innovatie, events,… waarbij heel wat hoog- en laaggeschoold tewerkstellingspotentieel zich aanbiedt. Bovendien verdient de Rupelregio, na het stopzetten van de kleiontginning, een nieuwe positionering op het vlak van wonen, leven, recreëren en werken. Er bevinden zich grote economische en toeristische recreatieve ontwikkelingscapaciteiten en -opportuniteiten in één van de meer achtergestelde regio’s in Vlaanderen. De doelstellingen zijn beleidsdomein-overschrijdend:
Meer economische en toeristische activiteit;
Een effectievere arbeidsmarkt omwille van (sociale) doorgroeitrajecten voor studenten,
Jongeren en ouderen in de ET-sector;
Een veiligere multimodale mobiliteitscontext;
Meer groenruimte geschikt voor water, bos, biodiversiteit en recreatie.
Ruimtelijke visievorming en kwaliteitsbewaking
Om dit toekomstverhaal verder te concretiseren, werden er 6 werven en 30 projecten gedefinieerd op het vlak van governance, economische ontwikkeling, cultuur, toerisme, mobiliteit, omgeving, opleiding en onderwijs…. Om de ontwikkeling van deze werven en projecten op elkaar af te stemmen en een plaats te geven, is er een belangrijke rol weggelegd voor ruimtelijk onderzoek en advies. Dit onderzoek en advies wordt in praktijk gebracht op twee sporen:
1. Ruimtelijk adviseur
Een adviseur die de ruimtelijke ontwikkelingen, die voortvloeien uit de verschillende projecten, van nabij bekijkt en de kwaliteit bewaakt. De taken van deze adviseur zijn onder andere:
De deelname aan het visieorgaan,
De begeleiding en het adviseren van de 30 projecten en de verschillende stakeholders vanuit ruimtelijk perspectief (de administraties binnen de Vlaamse overheid, We Are One World (WAOW), Provincie Antwerpen, de Rupelgemeenten, de stad Mechelen, PMV, Thomas More Hogeschool, De Lijn, Infrabel, NMBS, De Waterweg,…
Het bijwonen van projectwerkgroepen,
Het initiëren, het opmaken van de projectdefinitie voor en het sturen van de strategische visienota,… (oplevering juni 2024).
Deze ruimtelijk adviseur adviseert en bewaakt de ruimtelijke en architecturale kwaliteit van de 30 projecten. Daarnaast bewaakt deze adviseur de ruimtelijke samenhang van de Rupelregio en de afstemming met het strategisch ontwikkelingsplan. De ruimtelijke adviseur wordt aangesteld begin 2024 en werkt in nauw contact met de Vlaamse Bouwmeester en zijn team. Binnen het projectteam van de intendant zijn er ook medewerkers (mobiliteitscoördinator en Community manager) die hem bij deze taak kunnen helpen.
2. De opmaak van een strategisch ontwikkelingsplan
De 6 werven en 30 projecten worden ontwikkeld in de Rupelregio. De realisatie van dit totaalconcept vraagt om een grote strategische en overkoepelende visie. Dit om zowel ruimtelijk, architecturaal, maatschappelijk (welzijn, cultuur, onderwijs, mobiliteitsproblematiek…) als economisch een gelijkwaardig verhaal te schrijven over de verschillende werven heen. Dit strategisch ontwikkelingsplan vormt de voorbereiding voor de verdere besluitvorming door de
Vlaamse regering. Op basis van deze ‘ambitiekaart’ zal de Vlaamse regering een selectie en prioritering maken van projecten die verder worden uitgewerkt. Voor de opmaak van het strategisch ontwikkelingsplan zal in 2024 een opdracht worden uitgeschreven. Dit ontwikkelingsplan zal moeten landen tegen mei 2025.
Oproep aan Geïnteresseerden voor opmaak ‘ruimtelijk governance model’
Om beide sporen (ruimtelijk adviseur en strategisch ontwikkelingsplan) uit te denken en voor te bereiden, willen de verschillende partners een ‘ruimtelijk governance model’ laten opmaken. Hieronder verstaan we een nota met onder andere:
De wijze waarop de ruimtelijk kwaliteitsbewaking en advies binnen het project wordt geïntegreerd en opgevolgd.
Welke functie de ruimtelijk adviseur heeft, wat zijn rol is binnen het project en hoe het ruimtelijk advies wordt opgenomen voor de uitwerking van het verdere project.
De overlegstructuur, de wijze van overleg, de timing,…
Het formaliseren van de rol van de adviseur in de besluitvorming.
Daarnaast wordt binnen deze opdracht ook de projectdefinitie opgemaakt voor het strategisch ontwikkelingsplan. De opmaak van dit ruimtelijk governance model zal zo snel mogelijk worden opgestart. De oplevering is voorzien begin 2024.
Voor de uitwerking van dit ruimtelijk governance model zijn we op zoek naar een studie- of onderzoeksteam. De kandidaat heeft bij voorkeur ervaring met:
Ruimtelijke planning en architectuur
Het verbinden van de diverse projecten tot een ruimtelijke projectplan
Het bepalen van de cruciale factoren bij de kwaliteitsbewaking van de ruimtelijke projecten
Het projectmatig samenwerken met en adviseren van het projectteam, het beleid en administratie van gemeenten, provincie, gewest, openbaar vervoerspartners,…
Het Team Vlaamse Bouwmeester begeleidt het hele project en zal deel uitmaken van het adviescomité voor de gunning van de opdracht.
De Oproep aan geïnteresseerden heeft als doel om een lijst van geïnteresseerde ontwerpteams samen te stellen. Deze lijst zal de opdrachtgever in staat stellen om een keuze te maken van aan te schrijven ontwerpteams. Aan de aanmelding zijn geen rechten of plichten verbonden, noch voor de indiener, noch voor de opdrachtgever. De aanmeldingen zijn louter voor intern gebruik bij de opdrachtgever en het Team Vlaams Bouwmeester. De aanmeldingen zullen nergens bekendgemaakt worden.
In het voorjaar 2020 lanceerden het Departement Omgeving, het Team Vlaams Bouwmeester en het Vlaams Energie- en Klimaatagentschap een projectoproep Klimaatwijken aan lokale besturen en publieke opdrachtgevers. Het onderzoeksrapport van de Klimaatwijk Walle in Kortrijk is nu beschikbaar.
Aanleiding voor de oproep Klimaatwijken was de koppeling van de energietransitie aan de ruimtelijke opgave van kernversterking en verdichting. Het concept ‘klimaatwijk’ houdt verband met de hypothese dat het een schaalvoordeel én opportuniteiten kan opleveren om verschillende uitdagingen op vlak van energie, klimaat en ruimte aan elkaar te koppelen, de transformatie op schaal van de wijk aan te pakken en in te zetten op een meer collectieve aanpak.
Na de onderzoeksrapporten van Klimaatwijk Ter Elst in Leuven en Klimaatwijk Mechelse Vesten, is nu ook het onderzoeksrapport van Klimaatwijk Walle in Kortrijk beschikbaar.
De wijk Walle in Kortrijk, een gemengd bouwblok met woningen aan de randen en bedrijvigheid in de kern, beschikt over veel kansen om uit te groeien tot een klimaatwijk. Deze kansen liggen zowel op stedelijke schaal als op bouwblokniveau. Om ze te benutten moet ook aan operationalisering gewerkt worden: het ‘stempelconcept’ – een tussenschaal tussen perceel en bouwblok – wordt naar voren geschoven als instrument om de klimaatwijk te realiseren, gekaderd binnen een bouwblokplan en wijkconvenant als onderdeel van een geïntegreerd lokaal beleid.
Hoe maak je van een tuinwijk, waarvan het oorspronkelijke concept dateert uit het 19de-eeuwse Engeland, een wijk die aan de klimaatuitdagingen van de 21ste eeuw is aangepast? En hoe kan die wijk ook de kwaliteiten bieden die we van een hedendaagse woonomgeving verwachten?
De erfgoedwaarde van de tuinwijk Ter Elst in Leuven maakt de noodzakelijke wijkrenovatie extra uitdagend. Die waarde is niet alleen gelegen in de architecturale kwaliteit van de woningen, maar evenzeer in de bijzondere stedenbouwkundige structuur van de wijk, de verblijfspleintjes, het autoluwe karakter, het groenontwerp en de materialisatie en aanleg van de voortuinen. De wijk werd in 1955 als een totaalconcept ontworpen, en het is de samenhang tussen al die verschillende elementen die de ‘ensemblewaarde’ van de wijk bepaalt.
Lees hoe de tuinwijk Ter Elst in Leuven een klimaatwijk kan worden in Ruimte 60.
Wonen betreft altijd meer dan de privacy en het comfort van de eigen woning. De waarde van het woonmilieu en de woonkwaliteit worden ook bepaald door hoe de woning is betrokken op de collectieve of publieke ruimte errond. De ontwerper heeft mee impact op hoeveel of hoe weinig hinder bewoners van elkaar ondervinden, maar ook op hoe en waar zij elkaar ontmoeten. In die zin krijgt het ontwerp een sociale dimensie. Met de nieuwe ‘Bouwmeester gids’ Samen wonen ontwerpen reiken we een verzameling overtuigende voorbeelden aan.
Organiseren wij het wonen liever individueel omdat het in onze aard zit of heeft het individuele wonen onze aard beïnvloed? Is onze favoriete woonconditie de oorzaak dan wel het gevolg van onze algemene neiging tot zelfzuchtigheid? Misschien is samenwonen nog iets wat we als Vlaming moeten leren. Nochtans spreken we vaak met veel waardering over de buren die onze planten water geven als wij op reis zijn en over de winter- of zomerborrel die in onze verkaveling georganiseerd wordt. We gaan van nature op zoek naar contact met omwonenden en kijken met nostalgisch verlangen terug naar het oude dorp als collectief woonmodel. Sluimert er dan toch niet een verlangen naar samenwonen, ook bij zij die steevast kiezen voor het individuele model?
Sinds de wederopbouw na de Tweede Wereldoorlog staat de woonontwikkeling in Vlaanderen in het teken van de individuele, private woningbouw. Door het verwerven van een eigen kavel en het bouwen van een eigen huis, bij voorkeur vrijstaand en in een groene omgeving, heeft de burger zijn woonbehoefte zelf ingevuld. De overheid faciliteerde dit door bouwgronden ruim beschikbaar te stellen, de nodige bouwpremies, verkavelings- en bouwvergunningen af te leveren en het pendelen mogelijk te maken door de aanleg van een uitgebreid wegennet. Zo werd het landschap getransformeerd in een uitdijend weefsel van woonlinten en verkavelingen.
Vandaag botst het ideaal van vrijstaand wonen in het groen steeds meer op zijn economische en ecologische grenzen. Het ruimtebeslag is te groot geworden, er ontstaan problemen met de water- huishouding, de biodiversiteit gaat stelselmatig achteruit, efficiënt openbaar vervoer blijkt onmogelijk te organiseren en we rijden onszelf vast in de files. De kosten van het onderhoud van infrastructuur zoals wegen, rioleringen en nutsleidingen lopen uit de hand. Aankijkend tegen de uitgave om die vrijstaande woning tegen 2050 klimaatneutraal te verbouwen, is het oude woonideaal voor velen ook onbetaalbaar geworden.
Wonen betreft altijd meer dan de privacy en het comfort van de eigen woning. Wonen betekent ook inzet en zorg voor de bewoners in je directe omgeving en voor de open ruimte die je met hen deelt. De vormgeving van de woningen en de wijze waarop ze zich in de ruimte tot elkaar verhouden kan op een ongedwongen manier de ontmoeting tussen de bewoners stimuleren en hun samenwonen bevorderen. De waarde van het woonmilieu en de woonkwaliteit worden ook bepaald door hoe de woning is betrokken op de collectieve of publieke ruimte errond. In die zin krijgt het ontwerp een sociale dimensie. Het zou spijtig zijn om die te negeren, door uitsluitend te focussen op het individuele comfort van de individuele woning. Bovendien biedt het samenwonen als op-elkaar-betrokken wonen de mogelijkheid om diverse maatschappelijke uitdagingen het hoofd te bieden.
Op 6 september presenteren wij in het Atelier Bouwmeester een ‘Bouwmeester gids’: Samen wonen ontwerpen (deze voorstelling is volzet, inschrijven is niet meer mogelijk). Met een inleidende stand van zaken, een reeks rijk geïllustreerde projectbesprekingen –het gaat om ontwerpopdrachten die door het Team Vlaams Bouwmeester werden begeleid – en beschouwende essays willen we laten zien wat ontwerp vermag in het licht van een aantal actuele maatschappelijke uitdagingen. Als we in de toekomst, omwille van duurzaamheid en betaalbaarheid, dichter bij elkaar gaan wonen en meer ruimte delen, hoeft dat niet noodzakelijk een verlies aan woonkwaliteit met zich mee te brengen. Met hogere dichtheid wonen biedt ook kansen om in te zetten op een kleine gemeenschap, op die kleine vertrouwde omgeving waar we als wereldburgers allemaal stiekem naar verlangen.
Met de Projectoproep Verkavelingswijken in transformatie willen het Departement Omgeving en het Team Vlaams Bouwmeester steden en gemeenten ondersteunen bij de kwaliteitsvolle transformatie van goed gelegen verkavelingswijken. Uit de kandidaturen selecteerden we zes lokale besturen, die ondersteund zullen worden door het regieteam.
In het najaar van 2020 lanceerden we een oproep aan lokale besturen om zich te melden met concrete cases van goed ontsloten 20ste-eeuwse woonwijken waar de generatiewissel zich laat voelen en waar een bijkomende woonopgave aan de orde is. We zochten naar typische laagbouwwijken uit de jaren 1960-70-80, gekenmerkt door een geringe dichtheid en vrijstaande of halfopen bebouwing, gelegen op groeilocaties nabij een dorp of stad.
Samen met het regieteam, bestaande uit Voorland, 51N4E, Tussengoed en UHasselt, selecteerden we zes verkavelingswijken waar de potentie voor transformatie onderzocht zal worden, en de te betrekken actoren, de in te zetten strategieën, instrumenten en aanpak in beeld zullen worden gebracht.
De geselecteerde wijken zijn:
wijk Kroonhove in Oostkamp
wijk Groenpark in Roeselare
wijkontwikkeling rond twee knooppunten in Wondelgem, Gent
wijk Groeneweg in Ninove
wijk Ravenstein in Tervuren
wijk Betsveld in Landen
Meer info over de geselecteerde wijken is te vinden op de projectsite.
In een tweede fase (vanaf 2022) krijgen drie van deze projecten ook verdere ondersteuning én begeleiding op maat door een eigen ontwerpteam. De transformatiestrategie wordt in deze fase verder uitgewerkt met het oog op uitvoering.
We voorzien ook een gezamenlijk leertraject. De inzichten zullen worden gedeeld met alle lokale besturen en andere geïnteresseerden.
Dit traject ondersteunt steden en gemeenten bij het verdichten, het verhogen van de leef- en omgevingskwaliteit en het verduurzamen van goed gelegen verkavelingswijken
Het Departement Omgeving en het Team Vlaams Bouwmeester starten een leer- en transformatieprogramma op voor verkavelingswijken die geconfronteerd worden met een bijkomende woonopgave en verdichting. Het team van Voorland, UHasselt, 51n4e en Tussengoed is aangesteld om ons te ondersteunen bij het onderzoeken, analyseren en begeleiden van de concrete projecten en het overkoepelende leertraject.
Context
Verspreid wonen verslindt ruimte, vreet energie en is een belangrijke oorzaak van ons mobiliteitsprobleem. De ‘verkaveling’ kennen we als een typisch product van onze weinig zorgvuldige omgang met de beperkt beschikbare ruimte. Toch zijn er in Vlaanderen heel wat 20ste-eeuwse verkavelingswijken te vinden op locaties die goed ontsloten zijn via openbaar vervoer, of die op wandel- en fietsafstand gelegen zijn van een dorps- of stadscentrum, en waar ruimte is voor bijkomende woningen binnen het bestaande bebouwde areaal.
Met het traject Verkavelingswijken willen we steden en gemeenten gedurende een periode van vier jaar ondersteunen bij de transformatie van dergelijke wijken, en de gedetecteerde leerpunten delen met lokale besturen en intern laten doorwerken in het Departement Omgeving en het Team Vlaams Bouwmeester. Het doel van het traject is om vanuit concrete voorbeeldprojecten inzichten te verwerven en deze toegankelijk te maken.
Rol van het regieteam
Het Departement Omgeving en het Team Vlaams Bouwmeester schreven een opdracht uit voor de aanstelling van een regieteam om ons te ondersteunen bij het onderzoeken, analyseren en begeleiden van de concrete projecten en het overkoepelende leertraject. Op onze oproep reageerden heel wat sterke kandidaten. Uit de evaluatie van de offertes kwam het team van Voorland, UHasselt, 51n4e en Tussengoed als meest geschikte kandidaat voor deze opdracht naar voren.
In een eerste fase (2021) zal dit team de zes weerhouden projecten analyseren, de haalbaarheid van de transformatie onderzoeken en de potenties, de te betrekken actoren en de mogelijk in te zetten strategieën, instrumenten en aanpak in kaart brengen.
In de tweede fase (2022 tot medio 2024) krijgen drie van de zes projecten ook verdere ondersteuning én begeleiding op maat, door de aanstelling van een ontwerpteam per project. Dit ontwerpteam zal, in samenwerking met het regieteam, de transformatiestrategie verder uitwerken richting uitvoering door middel van ontwerp, verfijning van in te zetten instrumenten, uitwerking van de financiële en juridische aanpak, het betrekken van actoren en het opstarten van eventuele quick wins. Tijdens deze fase neemt het regieteam tevens de projectregie op van het overkoepelende traject en detecteert en bundelt het de diverse leerpunten in een eindrapport en een inspirerende brochure.
Dit traject ondersteunt steden en gemeenten bij het verdichten, het verhogen van de leef- en omgevingskwaliteit en het verduurzamen van goed gelegen verkavelingswijken
LABO RUIMTE schreef in het voorjaar van 2019 een opdracht uit voor ontwerpend onderzoek naar het samengaan van duurzame mobiliteit en ruimtelijke ambities in de Gentse stads- en vervoerregio. Onderzoekers van Tractebel, 51N4E, Granstudio, VUB-Cosmopolis en Scelta Mobility bundelden hun inzichten in een eindrapport.
Dit onderzoek zoekt aansluiting bij de beleidsinitiatieven die de voorbije jaren werden genomen rond zowel mobiliteit als ruimte, en de debatten die hierrond werden gevoerd in de media. De Vlaamse overheid wil namelijk werk maken van een modal shift, een verschuiving naar meer duurzame vervoermiddelen zoals het openbaar vervoer of de fiets, en van een multimodaal vervoerssysteem waarin gebruikers vlot kunnen schakelen tussen verschillende modi. Dat kunnen we alleen wanneer we ook een aantal ruimtelijke ambities mee in het vizier nemen. Het ene kan niet zonder het andere. Openbaar of collectief vervoer is pas performant wanneer een zekere kritische massa aan bewoners wordt bereikt.
Het onderzoeksteam van Tractebel, 51N4E, Granstudio, VUB-Cosmopolis en Scelta Mobility bundelde de inzichten uit het ontwerpend onderzoek in een eindrapport dat verkent wat polycentriciteit en combimobiliteit betekenen in de Gentse stadsregio. Het team ontwikkelde ook een aantal scenario’s voor een betere samenhang tussen ruimtelijke en mobiliteitsontwikkelingen in de toekomst, en formuleerde op basis hiervan een aantal lessen die niet enkel voor de Gentse, maar voor alle vervoerregio’s relevant zijn.
Terwijl het onderzoek liep, vroegen we aan fotograaf Olmo Peeters om alvast de condities en uitdagingen in beeld te brengen. Hij verkende de drie onderzoeksgebieden waarop ook wordt ingezoomd in het onderzoek. De fotoreportage brengt de vele opgaven in beeld, maar kan net zo goed gelezen worden als een ‘kansenkaart’.
Op basis van een analyse van de eerste 23 eindrapporten van de Bouwmeester Scan maakt Tom Coppens van de Onderzoeksgroep voor Stadsontwikkeling, Universiteit Antwerpen een synthese van de knelpunten die de aandacht vragen van de hogere overheden.
Vanaf 2018 ontwikkelde het Team Vlaams Bouwmeester samen met het Departement Omgeving, de Vlaamse Landmaatschappij, het Agentschap voor Natuur en Bos, de Vereniging van de Vlaamse Provincies en de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten de Bouwmeester Scan als een nieuw instrument om ruimtelijke ontwikkeling richting te geven. Bij elke scan brengt een multidisciplinair expertenteam de ruimtelijke en beleidsmatige sterktes en zwaktes van één gemeente in kaart, en wordt een concrete agenda van projecten en ingrepen aangereikt. Na een oproep in 2017 stelden zestig gemeenten zich kandidaat om een Bouwmeester Scan te laten uitvoeren. Ondertussen werden reeds 26 scans voltooid.
In de eindrapporten wezen de experten telkens ook knelpunten aan, die de uitvoering van de aangereikte transitie-agenda bemoeilijken. Het betreft vaak problemen waaraan niet door de lokale besturen kan worden verholpen, en die op een ander bestuurlijk niveau dienen te worden aangepakt. De experten formuleerden daarom geregeld aanbevelingen ter attentie van de hogere overheden. Op basis van een analyse van de eerste 23 eindrapporten bracht prof. dr. ir.-architect Tom Coppens van de Onderzoeksgroep voor Stadsontwikkeling, Universiteit Antwerpen de belangrijkste struikelstenen samen in één nota, ‘Knelpunten bij het realiseren van projecten uit de Bouwmeester Scan’. De knelpunten werden gebundeld volgens vijf thema’s: de rol van bovenlokale planningsprocessen, de integratie met beleidssectoren, financiële middelen, instrumenten en de ondersteuning van gemeentelijke capaciteit.
697263
/nl/nieuws/bouwmeester-scan-detecteert-knelpunten-voor-ruimtelijke-transitie
Bouwmeester Scan
Een nota met aandachtspunten voor het bovenlokale niveau
Een nieuwe reeks eindrapporten van de Bouwmeester Scan is te raadplegen op de website van de Vlaamse Bouwmeester. Burgers en beleidsmakers kunnen zich zo informeren over de vele uitdagingen waar lokale besturen voor staan in de evolutie naar een toekomstbestendige leefomgeving.
Twee jaar na de oproep van de Vlaamse Regering en Vlaams Bouwmeester Leo Van Broeck aan gemeentebesturen om zich kandidaat te stellen voor de Bouwmeester Scan, zijn reeds drieëntwintig Scans uitgevoerd. Recent werd de reeks met onderzoeksresultaten uitgebreid met de Bouwmeester Scans van de gemeenten Bocholt, Galmaarden, Grobbendonk, Halle, Lede en Moorslede.
De Bouwmeester Scan wordt per gemeente uitgevoerd door een van de volgende vijf multidisciplinaire teams:
BUUR, KUL research and development-SADL, Proflow
LAMA ism TML, Blauwdruk, Palmbout, Zero emission solutions, Driekwartgroen, DLA piper
Maat Ontwerpers, Voorland, Tractebel, Michiel Dehaene, Kobe Bossauw, Hans Leinfelder, Geert Haentjens
PosadMaxwan, v-eld, Generation Energy B.V., Stichting Deltares, 2DVW Architecten
PTArchitecten, Traject, M-TECH
De eindrapporten werden voorgesteld aan de gemeentebesturen en besproken met de stuurgroep van de Bouwmeester Scan, die de kwaliteit van de eindresultaten bewaakt. De analyse bevestigt dat de Vlaamse woonbehoefte in belangrijke mate wordt opgevangen in (suburbane) verkavelingen met lage dichtheden. Het ruimtelijk resultaat hiervan is een wildgroei aan verkavelingen en linten, een versnippering van de ruimte voor landbouw en open landschap en een beperkt aanbod van ecologisch waardevolle gebieden.
De problemen zijn gekend en doen zich in meerdere of mindere mate voor in onze gemeenten. Oplossingen vragen om goede kennis van het terrein, overleg en maatwerk. De Bouwmeester Scan maakt dan ook niet enkel een stand van zaken op. Per gemeente worden een aantal cruciale ambities voorgesteld zoals de definiëring van dorp en stad, strategische groei en krimp op de juiste locaties, het inzetten op natuurcreatie en het verduurzamen van de energieproductie. Vervolgens wordt een transitieagenda ‘op maat’ aangereikt, met concrete acties.
De Bouwmeester Scan is het resultaat van een nauwe samenwerking tussen het Team Vlaams Bouwmeester, het Departement Omgeving, de Vlaamse Landmaatschappij, het Agentschap voor Natuur en Bos, de Vereniging van de Vlaamse Provincies en de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten.
Voor de twaalfde keer organiseert de Vlaamse overheid een oproep voor nieuwe strategische projecten in uitvoering van het Vlaams ruimtelijk beleid.
Geselecteerde strategische projecten krijgen een subsidie voor de loon- en werkingskosten van een professionele projectcoördinatie, voor 80% van de gemaakte kosten, tot maximum 100.000 euro per jaar, gedurende maximaal drie opeenvolgende jaren. De criteria waaraan een project moet voldoen, staan beschreven in de documenten bij de oproep.
Deze subsidie is bestemd voor publieke actoren die bijdragen aan de ruimtelijke kwaliteit van Vlaanderen door een concreet project te realiseren. Dat project moet uitvoering geven aan het ruimtelijk beleid op bovenlokaal niveau en de interbestuurlijke samenwerking via gebiedscoalities op het terrein bevorderen.
Aanvraagdossiers kunnen ingediend worden tot en met 17 juli 2020.
De gemeente Boortmeerbeek is op zoek naar een ontwerpteam dat aan de hand van een reeds gevoerde omgevingsanalyse de kernversterkende ambities wil vertalen in een ruimtelijk kader voor het centrum van Boortmeerbeek. Ontwerpend onderzoek moet het mogelijk maken om kwalitatieve randvoorwaarden te formuleren bij toekomstige projectaanvragen.
697113
/nl/nieuws/oproep-aan-ge%C3%AFnteresseerden-masterplan-centrum-boortmeerbeek
Oproep aan geïnteresseerden (OAG)
Vul het interesseformulier in vóór 24 april 2020, 14.00u
Perspective Brussels en het Departement Omgeving lanceren een gezamenlijke opdracht voor de ontwikkeling van het planologische kader voor de Defensie-site en de cluster begraafplaatsen gelegen langs de Everestraat. De Brusselse Bouwmeester en de Vlaamse Bouwmeester adviseren het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en het Vlaams Gewest bij de aanstelling van een multidisciplinair en tweetalig team.
De veelzijdige Defensie-site, 90 ha groot en gelegen in het oosten van Brussel, staat in het middelpunt van de belangstelling. Omdat het NAVO-hoofdkwartier naar de overkant van de Leopold III-laan is verhuisd en Defensie een nieuw, compacter hoofdkwartier op de hoek van het terrein zal bouwen, wordt een enorm deel van de site vrijgemaakt. Een kans om een nieuwe gemengde wijk, een metropolitaan landschapspark en een ecologische corridor met een bos van minimum 20 ha te ontwikkelen. Diverse voorbereidende studies en onderzoeken zijn reeds uitgevoerd. De twee gewesten, Brussel en Vlaanderen, wensen nu het planologisch kader voor deze stedelijke ontwikkeling te verankeren.
De opdracht kent verschillende uitdagingen: de grootschaligheid van het studiegebied, de intergewestelijke multi-actorenaanpak en de ontoegankelijkheid van dit randstedelijk gebied. Het team zal dus blijk moeten geven van een innovatieve benadering om dit stadsdeel om te vormen tot een eigentijdse articulatie tussen stad en landschap.
Het Departement Strategie van Perspective Brussels lanceert daarom een gezamenlijke opdracht met het Departement Omgeving van de Vlaamse overheid voor de opmaak van een GRUP (Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan) en een RPA (Richtplan van Aanleg) voor de Defensie-site en de cluster begraafplaatsen gelegen langs de Everestraat. Deze studie omvat ook ontwerpend onderzoek en het MER-onderzoek (milieueffectenrapport).
De opdracht bestaat uit 3 luiken:
Luik 1: startnota, scoping-nota en globale strategische visie
Luik 2: RPA en GRUP
Luik 3: Ontwerpmatig advies, doorheen het hele proces
Luik 1 is een vast gedeelte tegen globale prijs. Luiken 2 en 3 zijn voorwaardelijke delen tegen prijslijst.
De site ligt deels op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en deels in het Vlaams Gewest. De op te maken plandocumenten streven qua visie naar synergie en samenwerking tussen beide gewesten en zullen wat de vorm betreft het planologisch kader en de stedenbouwwetgeving van elk van de gewesten respecteren.
De twee gewesten zijn daarom op zoek naar een multidisciplinair en tweetalig team (architect-stedenbouwkundige, landschapsarchitect, deskundige ecologie, mobiliteitsdeskundige, MER-deskundige), dat verantwoordelijk is voor de ontwikkeling van het planologisch kader.
Ereloon De erelonen voor de opdracht worden vastgelegd op 300.000 euro excl. BTW.
Vergoeding 12.000 euro voor elk van de 3 à 5 teams die worden uitgenodigd om een offerte in te dienen en een regelmatige offerte indient die minimum 50% van de punten haalt. Voor de laureaat wordt dit bedrag beschouwd als een voorschot op het ereloon.
De Brusselse Bouwmeester en de Vlaamse Bouwmeester begeleiden dit project en maken deel uit van de adviescommissie voor de selectie en de gunning.
Sinds kort is er een nieuwe reeks met resultaten van de Bouwmeester Scan te raadplegen op de website van de Vlaamse Bouwmeester. Burgers en beleidsmakers kunnen zich zo informeren over de vele uitdagingen waar lokale besturen voor staan in de evolutie naar een toekomstbestendige leefomgeving.
Anderhalf jaar nadat de Vlaamse Regering en de Vlaamse Bouwmeester Leo Van Broeck een oproep aan gemeentebesturen richtten om zich kandidaat te stellen voor de Bouwmeester Scan, werd de reeks met onderzoeksresultaten uitgebreid met de Bouwmeester Scans van de gemeenten Heusden-Zolder, Huldenberg, Lier, Lommel, Opwijk, Sint-Katelijne-Waver en Zulte
De Bouwmeester Scan wordt per gemeente uitgevoerd door een van de volgende vijf multidisciplinaire teams:
BUUR, KUL research and development-SADL, Proflow
LAMA ism TML, Blauwdruk, Palmbout, Zero emission solutions, Driekwartgroen, DLA piper
Maat Ontwerpers, Voorland, Tractebel, Michiel Dehaene, Kobe Bossauw, Hans Leinfelder, Geert Haentjens
Posad, v-eld, Generation Energy B.V., Stichting Deltares, 2DVW Architecten
PTArchitecten, Traject, Adviesbureau Ph7
De eindrapporten werden voorgesteld aan de gemeentebesturen en besproken met de stuurgroep van de Bouwmeester Scan, die de kwaliteit van de eindresultaten bewaakt. De analyse bevestigt dat de Vlaamse woonbehoefte in belangrijke mate wordt opgevangen in (suburbane) verkavelingen met lage dichtheden. Het ruimtelijk resultaat hiervan is een wildgroei aan verkavelingen en linten, een versnippering van de ruimte voor landbouw en open landschap en een beperkt aanbod van ecologisch waardevolle gebieden.
De problemen zijn gekend en doen zich in meerdere of mindere mate voor in onze gemeenten. Oplossingen vragen om goede kennis van het terrein, overleg en maatwerk. De Bouwmeester Scan maakt dan ook niet enkel een stand van zaken op. Per gemeente worden een aantal cruciale ambities voorgesteld zoals de definiëring van dorp en stad, strategische groei en krimp op de juiste locaties, het inzetten op natuurcreatie en het verduurzamen van de energieproductie. Vervolgens wordt een transitieagenda ‘op maat’ voorgesteld, met concrete acties.
De Bouwmeester Scan is het resultaat van een nauwe samenwerking tussen het Team Vlaams Bouwmeester, het Departement Omgeving, de Vlaamse Landmaatschappij, het Agentschap voor Natuur en Bos, de Vereniging van de Vlaamse Provincies en de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten.
De gemeente Zele zoekt een ontwerpteam om samen na te denken over de toekomst van de site Lange Akker en zijn directe omgeving. De gemeente wenst dit terrein te transformeren en een inbreidingsproject te voorzien op schaal van de wijk. Om de kwaliteit van deze ontwikkeling te waarborgen, wil de gemeente voor dit gebied een ruimtelijke ontwikkelingsvisie en -strategie uitwerken. Deze moeten de richtlijnen bepalen voor een breed gedragen en uitvoerbaar reconversieproject.
695801
/nl/nieuws/oproep-aan-ge%C3%AFnteresseerden-een-toekomstvisie-voor-lange-akker
Oproep aan geïnteresseerden (OAG)
Vul het interesseformulier in vóór 15 oktober 2019, 12u
Naast de bouw- en ruimteregelgeving liggen ook andere juridisch-financiële oorzaken mee ten grondslag aan onduurzaam ruimtegebruik. Een studie, uitgevoerd door VUB - Cosmopolis en Universiteit Antwerpen in opdracht van het Team Vlaams Bouwmeester en het departement Omgeving, brengt deze (beleids)mechanismen in kaart.
Met de doelstellingen om tegen 2040 het bijkomend ruimtebeslag tot nul te herleiden, in te zetten op ‘ruimtelijk rendement’ en ontwikkelingen rond knooppunten en voorzieningen te bundelen, stelt het Witboek Beleidsplan Ruimte Vlaanderen scherpe ambities. Ook het Team Vlaams Bouwmeester wijst in zijn meerjarenprogramma 2017-2020 op het cruciale belang ‘ruimte te maken voor mens en natuur’, wat in essentie ook datgene is wat het BRV beoogt. Het departement Omgeving ontwikkelt instrumenten om deze visie op het terrein te realiseren. Dit zal echter niet volstaan, omdat impliciete of expliciete ruimtelijke principes en/of onbedoelde ruimtelijke effecten uit andere beleidsdomeinen heel dominant kunnen zijn in de sturing van ons ruimtegebruik. Het Team Vlaams Bouwmeester liet samen met het departement Omgeving een studie uitvoeren, om (beleids)mechanismen te inventariseren die verdere verspreiding en verneveling van activiteiten in de hand werken, wat op zijn beurt leidt tot kwistig ruimtegebruik of bijkomend beslag op de open ruimte.
Doel van het onderzoek, uitgevoerd door VUB - Cosmopolis en Universiteit Antwerpen, was in eerste instantie de problemen te benoemen en te inventariseren. Daarnaast werd gewerkt aan een prioritering van beleidsmechanismen die verder onderzoek verdienen, met als doel deze op de beleidsagenda te zetten. In de eerste fase werd op basis van een screening van beleidsdocumenten, onderzoeksrapporten en juridische literatuur een niet-exhaustieve longlist opgemaakt van bijna 100 financiële en juridische oorzaken van onze morsige omgang met ruimte.
Vervolgens werden deze topics thematisch geclusterd zodat ze verder konden worden uitgediept in focusgroepen met experten. Workshop 1 behandelde de thema’s ‘fiscaliteit en bestuur’, workshop 2 behandelde de thema’s ‘economie, mobiliteit en open ruimte’ en workshop 3 ging over ‘wonen en zakelijke rechten’. Ten slotte werd een inschatting gemaakt van de impact en haalbaarheid van een wijziging en werden op die manier prioritair aan te pakken mechanismen geïdentificeerd.
Uit een studie, uitgevoerd in opdracht van het Departement Omgeving, over de maatschappelijke kosten van verspreide bebouwing in Vlaanderen, blijkt dat een verdere versnippering van onze ruimte voor wonen en werken een peperduur, zo niet onbetaalbaar scenario oplevert. De studie werd uitgevoerd door VITO in samenwerking met Common Ground. Het Team Vlaams Bouwmeester was vertegenwoordigd in de stuurgroep.
Het bebouwingspatroon in Vlaanderen is uitermate versnipperd en kent in de typische linten en verkavelingen zeer lage dichtheden. Daardoor is ook onze open ruimte uiteengerafeld en mist ze de veerkracht om de klimaatuitdagingen het hoofd te bieden. De onderzoekers berekenden hoeveel meer overheidsuitgaven nodig zijn voor die perifere woonvormen in vergelijking met bewoning in dorps- en stadskernen. De meerkost van wonen in het buitengebied ontstaat vooral door het groter aandeel wegen en infrastructuur per woning en door het grote verlies aan ecosysteemdiensten.
De studie focust op drie thema’s: infrastructuur, mobiliteit en open ruimte. Ze toont aan dat de kost van sprawl oploopt tot maar liefst 1,7 miljard euro per jaar. De aanpassing van ons ruimtelijk beleid en het actief terugdringen van urban sprawl door selectieve verdichting en kernversterking, kan een enorme besparing betekenen.
Belangrijkste conclusies van het onderzoek:
In vergelijking met andere Europese regio’s heeft Vlaanderen weinig open ruimte en is de verstedelijking over het hele grondgebied verspreid. Dat blijkt ook uit het ruimtebeslag, dat met 33% tot de grootste van Europa behoort.
De evolutie van kosten voor de onderzochte thema’s toont een duidelijke trend: hoe verspreider de bebouwing, hoe hoger de maatschappelijke kosten:
Bij verspreide bebouwing is 10 keer meer infrastructuur nodig per gebouw dan in een stadskern. Daardoor ligt de kostprijs om infrastructuur te voorzien per gebouw er 7 keer hoger.
Buiten de stadskern gebruiken mensen vaker en over een langere afstand de auto. De maatschappelijke kost van mobiliteit per huishouden is dan ook dubbel zo groot in verspreide bebouwing dan in stadskernen.
In verspreide bebouwing is er ongeveer 4,5 keer meer verharding per gebouw dan in de stadskern. Dit verlies van open ruimte zorgt ook voor een verlies aan ecosysteemdiensten.
Deze studie is in het licht van de verkiezingen en in het perspectief van de uitdagingen die ons te wachten staan met betrekking tot de bedreiging van ecosysteem en klimaat, van uitzonderlijk belang. Ze toont aan dat het redden van ons milieu en klimaat geld opbrengt in de plaats van geld te kosten. Ze verdient dan ook de grootst mogelijke aandacht.Leo Van Broeck, Vlaams Bouwmeester
De eindrapporten van de Bouwmeester Scan voor de eerste tien onderzochte gemeenten zijn vanaf vandaag te raadplegen op de website van de Vlaamse Bouwmeester. Burgers en beleidsmakers kunnen zich zo informeren over de vele uitdagingen waar lokale besturen voor staan in de evolutie naar een toekomstbestendige leefomgeving.
De Bouwmeester Scan voorziet de lokale besturen van een diagnose over de ruimtelijke en beleidsmatige zwaktes en sterktes. In de transitie naar een duurzame toekomst kan dit een nuttig instrument zijn voor de beleidsmakers en burgers. Het verband tussen het ruimtegebruik en de klimaatuitdagingen wordt belicht en er is aandacht voor efficiënte mobiliteit, duurzame energie en betaalbare woonvormen.minister-president Geert Bourgeois.
Ongeveer een jaar nadat de Vlaamse Regering en de Vlaamse Bouwmeester Leo Van Broeck een oproep aan gemeentebesturen richtten om zich kandidaat te stellen voor de Bouwmeester Scan, hebben de gemeenten Arendonk, Berlaar, Diksmuide, Langemark-Poelkapelle, Ninove, Olen, Overijse, Ronse, Wervik en Zedelgem de onderzoeksresultaten ontvangen.
De Bouwmeester Scan wordt per gemeente uitgevoerd door een van de volgende vijf multidisciplinaire teams:
BUUR, KUL research and development-SADL, Proflow
LAMA ism TML, Blauwdruk, Palmbout, Zero emission solutions, Driekwartgroen, DLA piper
Maat Ontwerpers, Voorland, Tractebel, Michiel Dehaene, Kobe Bossauw, Hans Leinfelder, Geert Haentjens
Posad, v-eld, Generation Energy B.V., Stichting Deltares, 2DVW Architecten
PTArchitecten, Traject, Adviesbureau Ph7
De eerste eindrapporten werden voorgesteld aan de gemeentebesturen en besproken met de stuurgroep van de Bouwmeester Scan, die de kwaliteit van de eindresultaten bewaakt. De analyse bevestigt dat de Vlaamse woonbehoefte in belangrijke mate wordt opgevangen in (suburbane) verkavelingen met lage dichtheden. Het ruimtelijk resultaat hiervan is een wildgroei aan verkavelingen en linten, een versnippering van de ruimte voor landbouw en open landschap en een beperkt aanbod van ecologisch waardevolle gebieden.
De problemen zijn gekend en doen zich in meerdere of mindere mate voor in onze gemeenten. Oplossingen vragen om goede kennis van het terrein, overleg en maatwerk. De Bouwmeester Scan maakt dan ook niet enkel een stand van zaken op. Per gemeente worden een aantal cruciale ambities voorgesteld zoals de definiëring van dorp en stad, strategische groei en krimp op de juiste locaties, het inzetten op natuurcreatie en het verduurzamen van de energieproductie. Vervolgens wordt een transitieagenda ‘op maat’ voorgesteld, met concrete acties.
Het is nu aan de besturen en de inwoners van de gemeenten om op basis van deze rapporten het debat te voeren zodat het nodige draagvlak ontstaat om de juiste prioriteiten te formuleren. Bovendien gaan we door met dit project, negentien volgende scans zijn reeds opgestart. minister-president Geert Bourgeois.
De Bouwmeester Scan is het resultaat van een nauwe samenwerking tussen het Team Vlaams Bouwmeester, het Departement Omgeving, de Vlaamse Landmaatschappij, het Agentschap voor Natuur en Bos, de Vereniging van de Vlaamse Provincies en de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten.
De drie streekontwikkelingsintercommunales Interwaas, Solva en Veneco lanceren, met de steun van het Team Vlaams Bouwmeester, een oproep aan experten die deel willen uitmaken van een expertenpool en kwaliteitskamer. Experten op het gebied van (landschaps)architectuur, stedenbouw en ruimtelijke planning, mobiliteit, duurzaamheid, onroerend erfgoed, juridische en financiële aspecten, worden uitgenodigd hun kandidatuur in te dienen.
Ruimtelijke vraagstukken en vergunningsdossiers draaien steeds vaker rond inbreiding en kernversterking. Hoe kunnen we projecten en dossiers benaderen zonder de identiteit van een kern aan te tasten? Dit zijn vraagstukken die nood hebben aan een multidisciplinaire aanpak en waarbij een externe kijk interessant en aangewezen kan zijn. Uit de dagelijkse praktijk wordt deze nood gesignaleerd door lokale besturen, maar ook private ontwikkelaars hebben baat bij een deskundig onderbouwd advies. Als verlengstuk van de lokale besturen voelen de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden goed aan welke ondersteuning hun gemeenten nodig hebben om tot kwalitatieve projecten te komen. De doelstelling is om het lokale niveau te versterken, om kennis uit te wisselen en de expertise te verhogen.
Daarom bundelen de streekontwikkelingsintercommunales Interwaas, Solva en Veneco de krachten om de architecturale en ruimtelijke kwaliteit in de regio te verhogen. Hiervoor richten ze het samenwerkingsverband VakWeRK op, waarbij WeRK staat voor ‘Werken aan ruimtelijke kwaliteit’. Het ondersteuningsaanbod bestaat o.a. uit de oprichting van een regionale kwaliteitskamer en het aanleggen van een expertenpool. De drie streekontwikkelingsintercommunales lanceren, met de steun van het Team Vlaams Bouwmeester, een oproep voor experten die deel willen uitmaken van de expertenpool en de kwaliteitskamer. Kandidaat-leden met ervaring en autoriteit in één van de expertisegebieden architectuur, landschapsarchitectuur, stedenbouw en ruimtelijke planning, mobiliteit, duurzaamheid, onroerend erfgoed, juridische kennis en financiële kennis, kunnen uiterlijk tot woensdag 20 maart 2019, 16u00 hun kandidatuur indienden.
Kandidaat-leden bezorgen hun motivatiebrief, curriculum vitae en portfolio bij voorkeur per e-mail aan [email protected] of schriftelijk aan de intercommunale Veneco, Panhuisstraat 1, 9070 Destelbergen.
De postdatum heeft bewijskracht.
Voor meer info over deze oproep kunt u contact opnemen met Tina Verschueren van de intercommunale Veneco, 09/218.99.42 of mailen naar [email protected].
692397
/nl/nieuws/kandidaten-gezocht-voor-expertenpool-regionale-kwaliteitskamer-interwaas-solva-en-veneco
Dien uw kandidatuur in voor woensdag 20 maart 2019, 16u
Kandidaat-leden bezorgen hun motivatiebrief, curriculum vitae en portfolio bij voorkeur per e-mail aan [email protected] of schriftelijk aan de intercommunale Veneco, Panhuisstraat 1, 9070 Destelbergen.
De postdatum heeft bewijskracht.
Voor meer info over deze oproep kunt u contact opnemen met Tina Verschueren van de intercommunale Veneco, 09/218.99.42 of mailen naar [email protected].
De gemeente Boortmeerbeek zoekt een ontwerpteam om de ruimtelijke knelpunten in de gemeente in kaart te brengen, een omgevingsanalyse en potentiekaart van haar grondgebied te maken en op basis hiervan een ontwikkelingsstrategie en een agenda voor ruimtelijke transitie te formuleren. Deze moeten een kader vormen voor toekomstige ruimtelijke initiatieven, waarbij ingezet wordt op kwaliteitsvolle verdichting en kernversterking, rekening houdend met de karakteristieken en kwaliteiten van de gemeente. Doel is de toekomst van Boortmeerbeek te verzekeren als leefbare en ondernemende gemeente met open ruimte, duurzame mobiliteit en kwaliteitsvol wonen en leven. De ontwikkelingsstrategie moet een eerste kader bieden om voor een aantal strategische deelgebieden (de kernen Boortmeerbeek, Hever, Schiplaken en Haacht-Station) masterplannen en architectuuropdrachten te laten opmaken. De opdracht van het ontwerpteam omvat ook de organisatie van een participatiemoment.
692279
/nl/nieuws/oproep-aan-ge%C3%AFnteresseerden-omgevingsanalyse-boortmeerbeek
Oproep aan geïnteresseerden (OAG)
Vul het interesseformulier in vóór 22 februari 2019, 12.00u
Watch the film online from Monday 11 February 2019
Flemish Government Architect Leo Van Broeck and Nic Balthazar take us on a journey along Flemish roads, villages and cities, in search of innovative spatial projects and fresh ideas about the design of our living environment. Because no matter how familiar or valuable the Flemish (urban) landscapes are, the problems are well known to us: due to the allotment rage and the linear development along roads, green and open space become increasingly scarce, we are stuck in traffic jams and there are problems with water management. On the basis of inspiring examples and interviews with experts and innovators, the film shows how things can be improved. Through the right use of architecture, urban design and landscape design, a new spatial model can be developed that yields benefits for everyone.
The development of such a new spatial model is crucial in the transition to integrated sustainability, both worldwide and in the specific Flemish context. In his 2017-2020 Multi-Year Program, Flemish Government Architect Leo Van Broeck focuses on one message: we, people, claim too much space. Energy and food production, industry, habitation, transport and all kinds of land and real estate speculation put the open space under pressure. And this ill-considered use of space plays an essential role in the climate and energy crisis, which poses enormous challenges for us all. De Government Architect therefore regards ‘spatial humility’ as a planetary civic duty.
If we want to achieve our climate and energy goals, offer future generations and safeguard biodiversity, we must first and foremost start thinking differently about housing and building, about development and mobility. The film shows that this mindswitch does not have to be characterized by austerity or loss. It shows how more compact building, the reinforcement of urban and village centers, smart use of heritage and the creation of open space can just increase the quality of life. A quality-driven approach with an eye for the social dimension and for diversity, and the development of new forms of process management (participation, public-private cooperation …) provide the key to a more pleasant, healthier, better equipped and more inclusive environment.
Vlaams Bouwmeester Leo Van Broeck en Nic Balthazar nemen ons mee op een tocht langs Vlaamse wegen, dorpen en steden, op zoek naar vernieuwende ruimtelijke projecten en frisse ideeën over de inrichting van onze leefomgeving. Want hoe vertrouwd of waardevol die Vlaamse (stads)landschappen ook ogen, de pijnpunten zijn ons evenzeer bekend: door de verkavelingswoede en de oprukkende lintbebouwing worden groen en open ruimte alsmaar schaarser, we rijden ons vast in de file en er zijn problemen met de waterhuishouding. Aan de hand van inspirerende voorbeelden en van gesprekken met deskundigen en vernieuwers laat de film zien hoe het beter kan. Door de juiste inzet van architectuur, stedenbouw en landschapsontwerp kan een nieuw ruimtelijk model worden ontwikkeld dat winsten oplevert voor iedereen.
De ontwikkeling van zo’n nieuw ruimtelijk model is cruciaal in de transitie naar integrale duurzaamheid, zowel wereldwijd als in de specifiek Vlaamse context. In zijn Meerjarenprogramma 2017-2020 stelt Vlaams Bouwmeester Leo Van Broeck één boodschap centraal: wij mensen nemen te veel plaats in. Energie- en voedselproductie, industrie, bewoning, transport en allerlei vormen van grond- en vastgoedspeculatie zetten de open ruimte onder druk. En dit ondoordacht ruimtegebruik speelt dan weer een wezenlijke rol in de klimaat- en energiecrisis die ons allen voor enorme uitdagingen plaatst. De Bouwmeester beschouwt ‘ruimtelijke nederigheid’ dan ook als een planetaire burgerplicht.
Willen we onze klimaat- en energiedoelstellingen halen, volgende generaties een toekomst bieden en de biodiversiteit vrijwaren, dan moeten we eerst en vooral anders gaan nadenken over wonen en bouwen, over ontwikkeling en mobiliteit. De film laat zien dat die mindswitch niet in het teken hoeft te staan van bezuiniging, versobering of verlies. Hij toont hoe compacter bouwen, de versterking van stads- en dorpskernen, een slimme omgang met erfgoed en de creatie van open ruimte de levenskwaliteit net kunnen verhogen. Een kwaliteitsgestuurde aanpak mét oog voor de sociale dimensie en voor diversiteit, en de ontwikkeling van nieuwe vormen van procesvoering (participatie, publiek-private samenwerking…) bieden de sleutel tot een aangenamere, gezondere, beter uitgeruste en meer inclusieve leefomgeving.
De film kwam tot stand in opdracht van het Team Vlaams Bouwmeester.
Regie: Nic Balthazar
Duur: ca. 50 minuten
Met interventies van o.a. Leo Van Broeck, Els Nulens, Peter Cabus, Paola Viganó, Filip Canfyn, Griet Celen, Joachim Declerck…
Première: maandag 6 november 2017 om 18u in Cinema Galeries, Koninginnegalerij 26, 1000 Brussel.