Genk - Sint-Jansschool

Het podium is de drager van verschillende gebouwen die publieke functies en woningen huisvesten. Het is geen vlak oppervlak: net zoals een bas-reliëf wendt het alle minieme hoogteverschillen van de bodem aan om significante verschillen te bewerkstelligen tussen de diverse publieke en private ruimten: tuinen, pleinen, voetgangerspaden, parking en straten. De inrichting van deze ruimten is hetgeen wat structuur geeft aan het gebied van het podium. Binnen in deze ruimtelijke structuur staan de verschillende objecten vrij opgesteld als op een
campus: gemakkelijk toegankelijk en elkaar niet storend met elkaars schaduw.
De functies van een aantal bestaande gebouwen worden gewijzigd. De school kan een schitterende plek worden om te leven: huizen met private tuinen gericht naar het zuiden en woningen voor studenten of ouderlingen in het zuidelijk deel met gemeenschappelijk groen. Haar sobere architectuur van het interbellum waarin de toenmalige ideeën omtrent welzijn leesbaar zijn, herinnert aan een belangrijk sociaal programma vooral geschikt om toegepast te worden op een nieuwe plek om samen te leven. De nieuwe school kan onderdak vinden in de gerenoveerde De Kring, een ander prachtig voorbeeld van interbellumarchitectuur, vervolledigd met een nieuwe vleugel. Het belang van De Kring als eerste publieke voorziening in de tuinstad vertaalt zich in een nieuwe educatieve en multifunctionele ruimte. De bestaande commerciële functie wordt geherlocaliseerd op het gelijkvloers van een nieuw residentieel gebouw tegenover de Dumontlaan en de belangrijkste voetgangersassen van de projecten. De parochiale vereniging en het café worden geherlocaliseerd op de gelijkvloerse verdieping van nieuwe residentiële gebouwen ter hoogte van het centrum van de campus en langs de hoofdas. 
Al deze veranderingen maken het mogelijk het podium in te beelden als de nieuwe publieke en centrale ruimte van de tuinstad.

Het studiegebied behoort tot de mijncité van Waterschei. Deze woonwijk is geïnspireerd op de principes van de tuinwijken met aandacht voor een rationele en elegante structuur waarbij ieder deel is opgevat als geïntegreerd onderdeel van het geheel, een wegenhiërarchie met bijzondere aandacht voor de woonstraat, talrijke en zorgvuldig gesitueerde gemeenschapsvoorzieningen, diverse vormen van openbare pleinen en binnenpleinen, verschillende types ‘villa’s in het groen’ met gelijke stijlkenmerken en rijkelijke groenvoorzieningen die het ruimtelijk concept en de harmonische samenhang versterken.

In het GRS is de site rond de Sint-Jansschool opgenomen als een onderdeel van de strategische locatie Stalenstraat. Ze dient ontwikkeld als lokale kern waar gemeenschapsvoorzieningen, wonen en andere stedelijk activiteiten sterk verweven zijn. De problematiek van het studiegebied bestaat hoofdzakelijk uit 3 delen.

• Het bestaande scholencomplex moet dringend vernieuwd worden en is omwille van de sterke daling van het leerlingenaantal te groot. Slechts een derde komt nog in aanmerking voor onderwijs.
• In de onvoltooide aangrenzende zone zijn naast typische gebouwen uit de mijnperiode ook enkele recente panden gelegen.
• De braakliggende zone langs de Duinenlaan geeft aan de omgeving een ongedefinieerde en verwaarloosde indruk.

De opmaak van een masterplan beoogt een waardevolle stedenbouwkundige en architecturale invulling ter versterking van het ruimtelijk concept en de identiteit van de wijk. Naast de integratie van de bestaande functies is er ruimte voor wonen met aandacht voor vernieuwende woontypologieën. Het geheel dient ontwikkeld als een belangrijke en dynamische schakel tussen de tuinwijk, de Stalenstraat als handelsstraat en het nog te ontwikkelen mijnterrein.
Herbestemming, vernieuwbouw of nieuwbouw binnen de site zijn mogelijke opties. Een herinterpretatie van het verleden, rekeninghoudend met de rijkdom aan betekenismogelijkheden voor het heden, moeten leiden tot een zorgvuldige afweging m.b.t afbraak, integratie en herstructurering van deze zone tot een coherent geheel.